drive
Nederlands
Woordafbreking
- drive
Woordherkomst en -opbouw
- Leenwoord uit het Engels, in de betekenis van ‘bridgewedstrijd’ voor het eerst aangetroffen in 1936 [1]
- van het Engels [2]
enkelvoud | meervoud | |
---|---|---|
naamwoord | drive | drives |
verkleinwoord |
Zelfstandig naamwoord
drive m
- Pijnlijke les van de geschiedenis: de mensen die toen in Roemenië hun nek uitstaken, hadden niet de gemeenschappelijke drive en organisatie om de macht écht over te nemen. Dat konden de inmiddels ex-communisten wél. Een gemeenschappelijk geloof is een middel tot organisatie, maar geen garantie op succes.[3]
- (informatica) (harde) schijf of gelijkwaardige geheugenunit
Hyponiemen
- bridgedrive, diskdrive, floppydrive, fly-drive, fourwheeldrive, overdrive, pendrive, solid state drive
Gangbaarheid
- Het woord drive staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
- In onderzoek van het Centrum voor Leesonderzoek uit 2013 werd 'drive' herkend door:
96 % | van de Nederlanders; |
94 % | van de Vlamingen. |
Engels
Uitspraak
- Geluid: drive (US) (hulp, bestand)
vervoeging | |
---|---|
onbepaalde wijs | to drive |
he/she/it | drives |
verleden tijd | drove |
voltooid deelwoord |
driven |
onvoltooid deelwoord |
driving |
gebiedende wijs | drive |
This article is issued from
Wiktionary.
The text is licensed under Creative
Commons - Attribution - Sharealike.
Additional terms may apply for the media files.