dot

Nederlands

Uitspraak
  • Geluid:  dot    (hulp, bestand)
  • IPA: /dɔt/
Woordafbreking
  • dot
Woordherkomst en -opbouw
  • In de betekenis van ‘pluk’ voor het eerst aangetroffen in 1554 [1]
  • [2]
enkelvoud meervoud
naamwoord dot dotten
verkleinwoord dotje dotjes

Zelfstandig naamwoord

dot v/m

  1. een pluk vezelig, wollig of donzig materiaal
    • "Mag ik die dot wol eens zien?". 
  1. (meestal verkleinwoord) iets kleins en liefs
    • Wat een dotje! 
Synoniemen
Hyponiemen
Afgeleide begrippen
  • dottig
Vertalingen

Gangbaarheid

  • Het woord dot staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
88 %van de Nederlanders;
91 %van de Vlamingen.

Verwijzingen

This article is issued from Wiktionary. The text is licensed under Creative Commons - Attribution - Sharealike. Additional terms may apply for the media files.