dolk

Nederlands

dplk
Uitspraak
Woordafbreking
  • dolk
Woordherkomst en -opbouw
  • Leenwoord uit het Duits, in de betekenis van ‘steekwapen’ voor het eerst aangetroffen in het jaar 1513 [1]
enkelvoud meervoud
naamwoord dolk dolken
verkleinwoord dolkje dolkjes

Zelfstandig naamwoord

dolk m

  1. kort steekwapen in de vorm van een stevig mes
Vertalingen

Gangbaarheid

  • Het woord dolk staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
100 %van de Nederlanders;
98 %van de Vlamingen.

Meer informatie

Verwijzingen

This article is issued from Wiktionary. The text is licensed under Creative Commons - Attribution - Sharealike. Additional terms may apply for the media files.