dirigisme
Nederlands
Woordafbreking
- di·ri·gis·me
Woordherkomst en -opbouw
- Leenwoord uit het Frans, in de betekenis van ‘geleide economie’ voor het eerst aangetroffen in 1952 [1]
- afgeleid van het Franse diriger (leiden, sturen) met het achtervoegsel -isme [2]
enkelvoud | meervoud | |
---|---|---|
naamwoord | dirigisme | - |
verkleinwoord | - | - |
Zelfstandig naamwoord
dirigisme o
- Zowel het dirigisme als de geconcerteerde en de geïnformeerde economie vertrekken van dezelfde basis, nl. het besef dat planning in de economie een absolute noodzaak is om de crisissen te vermijden.[3]
Verwante begrippen
- dirigistisch
Vertalingen
Gangbaarheid
- Het woord dirigisme staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
- In onderzoek van het Centrum voor Leesonderzoek uit 2013 werd 'dirigisme' herkend door:
46 % | van de Nederlanders; |
56 % | van de Vlamingen. |
This article is issued from
Wiktionary.
The text is licensed under Creative
Commons - Attribution - Sharealike.
Additional terms may apply for the media files.