deputaat
Nederlands
Woordafbreking
- de·pu·taat
Woordherkomst en -opbouw
enkelvoud | meervoud | |
---|---|---|
naamwoord | deputaat | deputaten |
verkleinwoord | deputaatje | deputaatjes |
Zelfstandig naamwoord
deputaat m
- (religie) afgevaardigde in de protestantste kerk
- afgevaardigde van een commissie of vereniging
Afgeleide begrippen
- deputaatschap
Gangbaarheid
- Het woord 'deputaat' staat niet in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Taalunie.
- In onderzoek van het Centrum voor Leesonderzoek uit 2013 werd 'deputaat' herkend door:
38 % | van de Nederlanders; |
44 % | van de Vlamingen. |
This article is issued from
Wiktionary.
The text is licensed under Creative
Commons - Attribution - Sharealike.
Additional terms may apply for the media files.