dekzand

Nederlands

Uitspraak
  • Geluid:  dekzand    (hulp, bestand)
  • IPA: /ˈdɛgzɑnt/
Woordafbreking
  • dek·zand
Woordherkomst en -opbouw
enkelvoud meervoud
naamwoord dekzand dekzanden (1.)
verkleinwoord - -

Zelfstandig naamwoord

dekzand o

  1. (geologie) kleine korreltjes van gesteente die de wind in ijzige perioden over grote oppervlakten heeft afgezet
    • Hun sporen zijn daarna bedekt geraakt onder een laag dekzand. [1]
  1. (wegenbouw) zand dat bij de aanleg over een nieuw wegdek wordt gestrooid
    • Het dekzand moet van twee tot drie weken op den weg blijven liggen en het verdient aanbeveling, dat nog van tijd tot tijd getracht wordt door vegen het dekzand de voegen te doen vullen. [2]

Gangbaarheid

  • Het woord dekzand staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
93 %van de Nederlanders;
84 %van de Vlamingen.

Meer informatie

Verwijzingen

This article is issued from Wiktionary. The text is licensed under Creative Commons - Attribution - Sharealike. Additional terms may apply for the media files.