cultuurkaart
Nederlands
Woordafbreking
- cul·tuur·kaart
Woordherkomst en -opbouw
- samenstelling van cultuur zn en kaart zn
enkelvoud | meervoud | |
---|---|---|
naamwoord | cultuurkaart | cultuurkaarten |
verkleinwoord |
Zelfstandig naamwoord
cultuurkaart v/m
- een pas waarbij de houder korting krijgt bij culturele instellingen
- De CJP Cultuurkaart voor jongeren moet blijven. Dat stellen acht branche- en koepelorganisaties uit de culturele sector en de Stichting Cultureel Jongeren Paspoort (CJP) in een convenant dat ze vandaag in theater Frascati in Amsterdam ondertekenen. [1]
- Voor 7,50 euro naar een voorstelling in de schouwburg. Die mogelijkheid biedt het Hengelose Rabotheater vanaf vandaag aan houders van een cultuurkaart/cjp-pas. [2]
- De eenmalige bijdrage voor de Cultuurkaart van 600.000 euro waartoe de Tweede Kamer heeft besloten, gaat ten koste van een bijdrage aan het Ruslandjaar dat in 2013 wordt gevierd. Dat schrijft staatssecretaris Halbe Zijlstra dinsdag in een brief aan de Tweede Kamer. [3]
Gangbaarheid
- Het woord cultuurkaart staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
Verwijzingen
- Tubantia 23-11-11 'Cultuurkaart voor jongeren moet blijven'
- Tubantia 23-11-11 Jongeren voor prikkie naar Rabotheater
- Tubantia 18-09-12 Steun Cultuurkaart ten koste van Ruslandjaar
This article is issued from
Wiktionary.
The text is licensed under Creative
Commons - Attribution - Sharealike.
Additional terms may apply for the media files.