colloqueren
Nederlands
Woordafbreking
- col·lo·que·ren
Woordherkomst en -opbouw
- afgeleid van het Latijnse locus (plek) met het voorvoegsel col- met het achtervoegsel -eren
- afgeleid van het Franse colloquer [1] [2]
stamtijd | ||
---|---|---|
onbepaalde wijs |
verleden tijd |
voltooid deelwoord |
colloqueren |
colloqueerde |
gecolloqueerd |
zwak -d | volledig |
Gangbaarheid
- Het woord colloqueren staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
This article is issued from
Wiktionary.
The text is licensed under Creative
Commons - Attribution - Sharealike.
Additional terms may apply for the media files.