celdeling
Nederlands
Woordafbreking
- cel·de·ling
Woordherkomst en -opbouw
- samenstelling van cel en deling
enkelvoud | meervoud | |
---|---|---|
naamwoord | celdeling | celdelingen |
verkleinwoord | celdelinkje | celdelinkjes |
Zelfstandig naamwoord
celdeling v
- (biologie) verdubbeling van cellen om te groeien en te vernieuwen of voor de voortplanting
- het delen van een cel met een andere gevangene
Gangbaarheid
- Het woord celdeling staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
- In onderzoek van het Centrum voor Leesonderzoek uit 2013 werd 'celdeling' herkend door:
99 % | van de Nederlanders; |
98 % | van de Vlamingen. |
This article is issued from
Wiktionary.
The text is licensed under Creative
Commons - Attribution - Sharealike.
Additional terms may apply for the media files.