calvinisme

Nederlands

calvinistische kerk
Uitspraak
Woordafbreking
  • cal·vi·nis·me
Woordherkomst en -opbouw
  • Leenwoord uit het Frans, in de betekenis van ‘hervormde leer’ voor het eerst aangetroffen in 1859 [1]
  • Afgeleid van de naam Calvijn met het achtervoegsel -isme [2]
enkelvoud meervoud
naamwoord calvinisme -
verkleinwoord - -

Zelfstandig naamwoord

calvinisme o

  1. (religie) gereformeerde substroming binnen het Christendom waarin o.a. het voorbestemd zijn centraal staat
    • Een van de belangrijkste eigenschappen van het calvinisme is dat belijders van dit geloof niet van feesten houden. 
Afgeleide begrippen
Verwante begrippen
Vertalingen

Gangbaarheid

  • Het woord calvinisme staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
96 %van de Nederlanders;
98 %van de Vlamingen.

Meer informatie

Verwijzingen


Afrikaans

enkelvoud meervoud
naamwoord calvinisme -

Zelfstandig naamwoord

calvinisme

  1. calvinisme


Frans

Uitspraak
  • IPA: /kal.vi.nism/
enkelvoud meervoud
zonder lidwoord met lidwoord zonder lidwoord met lidwoord
  calvinisme     le calvinisme     calvinismes     les calvinisme  

Zelfstandig naamwoord

calvinisme

  1. calvinisme
This article is issued from Wiktionary. The text is licensed under Creative Commons - Attribution - Sharealike. Additional terms may apply for the media files.