buitenwacht

Nederlands

Uitspraak
Woordafbreking
  • bui·ten·wacht
Woordherkomst en -opbouw
enkelvoud meervoud
naamwoord buitenwacht buitenwachten
verkleinwoord buitenwachtje buitenwachtjes

Zelfstandig naamwoord

buitenwacht v/m

  1. de buitenstaanders, de mensen die er niet bij betrokken zijn

Gangbaarheid

  • Het woord buitenwacht staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
99 %van de Nederlanders;
96 %van de Vlamingen.
This article is issued from Wiktionary. The text is licensed under Creative Commons - Attribution - Sharealike. Additional terms may apply for the media files.