bosrijk

Nederlands

Uitspraak
Woordafbreking
  • bos·rijk
Woordherkomst en -opbouw
stellendvergrotendovertreffend
onverbogen bosrijkbosrijkerbosrijkst
verbogen bosrijkebosrijkerebosrijkste
partitief bosrijksbosrijkers-

Bijvoeglijk naamwoord

bosrijk [1]

  1. gekenmerkt door een verhoudingsgewijs groot aantal bossen; rijk aan bos
    • De Veluwe is een bosrijke omgeving. 
Vertalingen

Gangbaarheid

  • Het woord bosrijk staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
99 %van de Nederlanders;
98 %van de Vlamingen.

Meer informatie

Verwijzingen

This article is issued from Wiktionary. The text is licensed under Creative Commons - Attribution - Sharealike. Additional terms may apply for the media files.