boetseren
Nederlands
Woordafbreking
- boet·se·ren
Woordherkomst en -opbouw
stamtijd | ||
---|---|---|
onbepaalde wijs |
verleden tijd |
voltooid deelwoord |
boetseren |
boetseerde |
geboetseerd |
zwak -d | volledig |
Werkwoord
boetseren
- overgankelijk het (kunstzinnig) vormen van kneedbaar materiaal (vaak klei)
- Hij boetseerde een prachtige buste van haar.
Afgeleide begrippen
- boetseerder, boetseerkunst, boetsering
Gangbaarheid
- Het woord boetseren staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
- In onderzoek van het Centrum voor Leesonderzoek uit 2013 werd 'boetseren' herkend door:
99 % | van de Nederlanders; |
99 % | van de Vlamingen. |
This article is issued from
Wiktionary.
The text is licensed under Creative
Commons - Attribution - Sharealike.
Additional terms may apply for the media files.