boekhouden

Nederlands

Uitspraak
naamwoord van handeling
zelfstandig bijvoeglijk
boekhouden
boekhouding
Woordafbreking
  • boek·hou·den
Woordherkomst en -opbouw
stamtijd
onbepaalde
wijs
verleden
tijd
voltooid
deelwoord
boekhouden
hield boek
boekgehouden
klasse 7 volledig

Werkwoord

boekhouden

  1. inergatief het systematisch vastleggen van financiële feiten van een persoon, een bedrijf of een (overheids)instelling
    • Door het boekhouden houdt men oog voor de financiële toestand van het bedrijf. 
Hyponiemen
  • dubbelboekhouden, enkelboekhouden
Afgeleide begrippen
Vertalingen

Gangbaarheid

  • Het woord boekhouden staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
100 %van de Nederlanders;
99 %van de Vlamingen.

Meer informatie

Verwijzingen

    This article is issued from Wiktionary. The text is licensed under Creative Commons - Attribution - Sharealike. Additional terms may apply for the media files.