bevrijding
Nederlands
Uitspraak
- Geluid: bevrijding (hulp, bestand)
- IPA:
- (Noord-Nederland): /bə.ˈvrɛɪ̯.dɪŋ/
- (Vlaanderen, Brabant): /bə.ˈvrɛː.dɪŋ/
- (Limburg): /bə.ˈvrɛɪ̯.dɪŋ/
Woordafbreking
- be·vrij·ding
Woordherkomst en -opbouw
enkelvoud | meervoud | |
---|---|---|
naamwoord | bevrijding | bevrijdingen |
verkleinwoord | bevrijdinkje | bevrijdinkjes |
Zelfstandig naamwoord
bevrijding v
- het vrij maken van mensen die gevangen gehouden of onderdrukt worden.
- Bij de herdenking van veertig jaar einde van de Tweede Wereldoorlog in 1985 baarde de toenmalige West-Duitse president Richard von Weizsäcker veel opzien, omdat hij in een rede tot de Bondsdag stelde dat het einde van de oorlog ook voor de Duitsers een bevrijding betekende. [1]
- Het was niet goed, het was zenuwslopend, maar FC Twente is terug in de eredivisie. Omdat de enige overgebleven concurrent Sparta onderuit ging bij Jong PSV, was een punt tegen Jong AZ voldoende. De mooiste 0-0 van het seizoen voelde als de meest glorieuze zege. De ultieme bevrijding. [2]
Hyponiemen
Afgeleide begrippen
- Bevrijdingsdag, bevrijdingsbeweging, bevrijdingsfestival, bevrijdingsfront, bevrijdingsleger, bevrijdingsmonument, bevrijdingsoorlog, bevrijdingstheologie, bevrijdingsvuur
Vertalingen
1. het vrij maken van mensen die gevangen gehouden of onderdrukt worden
Gangbaarheid
- Het woord bevrijding staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
- In onderzoek van het Centrum voor Leesonderzoek uit 2013 werd 'bevrijding' herkend door:
100 % | van de Nederlanders; |
100 % | van de Vlamingen. |
This article is issued from
Wiktionary.
The text is licensed under Creative
Commons - Attribution - Sharealike.
Additional terms may apply for the media files.