beulswerk
Nederlands
Woordafbreking
- beuls·werk
Woordherkomst en -opbouw
- samenstelling van beul en werk met het invoegsel -s-
enkelvoud | meervoud | |
---|---|---|
naamwoord | beulswerk | - |
verkleinwoord | beulswerkje | beulswerkjes |
Zelfstandig naamwoord
beulswerk o
- het werk van een beul
- buitengewoon afmattend werk
Gangbaarheid
- Het woord beulswerk staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
- In onderzoek van het Centrum voor Leesonderzoek uit 2013 werd 'beulswerk' herkend door:
78 % | van de Nederlanders; |
74 % | van de Vlamingen. |
This article is issued from
Wiktionary.
The text is licensed under Creative
Commons - Attribution - Sharealike.
Additional terms may apply for the media files.