betrouwbaar

Nederlands

Uitspraak
Woordafbreking
  • be·trouw·baar
Woordherkomst en -opbouw

Naamwoord van handeling van betrouwen met het achtervoegsel -baar

stellendvergrotendovertreffend
onverbogen betrouwbaarbetrouwbaarderbetrouwbaarst
verbogen betrouwbarebetrouwbaarderebetrouwbaarste
partitief betrouwbaarsbetrouwbaarders-

Bijvoeglijk naamwoord

betrouwbaar

  1. te vertrouwen, zo dat men zich erop kan verlaten
    • Ik durf best over het ijs te gaan, want het ziet er betrouwbaar uit. 
  1. geloofwaardig
    • De getuige maakte een betrouwbare indruk. 
  1. deugdelijk
    • Dit bedrijf staat bekend om de betrouwbare producten die het produceert 
Synoniemen
Verwante begrippen
Vertalingen

Gangbaarheid

  • Het woord betrouwbaar staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
100 %van de Nederlanders;
100 %van de Vlamingen.

Meer informatie

This article is issued from Wiktionary. The text is licensed under Creative Commons - Attribution - Sharealike. Additional terms may apply for the media files.