bestormen

Nederlands

Uitspraak
Woordafbreking
  • be·stor·men
Woordherkomst en -opbouw
stamtijd
onbepaalde
wijs
verleden
tijd
voltooid
deelwoord
bestormen
bestormde
bestormd
zwak -d volledig

Werkwoord

bestormen

  1. overgankelijk met een strijdmacht snel te voet een positie van de vijand trachten te overweldigen
    • Zij bestormden de strategisch gelegen stad. 
    • Maar hij wantrouwde hem in de allereerste plaats. Omdat Pradelle van aanvallen hield. Stormenderhand nemen, bestormen, veroveren, hij deed niets liever. [1] 
Afgeleide begrippen
Vertalingen

Gangbaarheid

  • Het woord bestormen staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
100 %van de Nederlanders;
99 %van de Vlamingen.

Verwijzingen

  1. Lemaitre, Pierre Tot ziens daarboven 2014 ISBN 9789401601931 pagina 13
This article is issued from Wiktionary. The text is licensed under Creative Commons - Attribution - Sharealike. Additional terms may apply for the media files.