beminde

Nederlands

Uitspraak
  • Geluid:  beminde    (hulp, bestand)
  • IPA: /bəˈmɪndə/
Woordafbreking
  • be·min·de
Woordherkomst en -opbouw
  • Afgeleid van bemind met het achtervoegsel -e
enkelvoud meervoud
naamwoord beminde beminden
verkleinwoord bemindetje bemindetjes

Zelfstandig naamwoord

beminde m

  1. (formeel) geliefde
    • Jij was altijd al mijn beminde. 
Vertalingen

Werkwoord

vervoeging van
beminnen

beminde

  1. enkelvoud verleden tijd van beminnen
    • Ik beminde. 
    • Jij beminde. 
    • Hij, zij, het beminde. 

Deelwoord

beminde

  1. verbogen vorm van het voltooid deelwoord bemind van beminnen

Bijvoeglijk naamwoord

beminde

  1. verbogen vorm van de stellende trap van bemind

Gangbaarheid

  • Het woord beminde staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
96 %van de Nederlanders;
98 %van de Vlamingen.
This article is issued from Wiktionary. The text is licensed under Creative Commons - Attribution - Sharealike. Additional terms may apply for the media files.