belkaart
Nederlands
Woordafbreking
- bel·kaart
Woordherkomst en -opbouw
- samenstelling van bel ww en kaart
enkelvoud | meervoud | |
---|---|---|
naamwoord | belkaart | belkaarten |
verkleinwoord | - | - |
Zelfstandig naamwoord
belkaart v / m
- kaart (met chip) die men koopt en waarmee men voor een bepaald bedrag kan telefoneren
Gangbaarheid
- Het woord belkaart staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
- In onderzoek van het Centrum voor Leesonderzoek uit 2013 werd 'belkaart' herkend door:
95 % | van de Nederlanders; |
96 % | van de Vlamingen. |
This article is issued from
Wiktionary.
The text is licensed under Creative
Commons - Attribution - Sharealike.
Additional terms may apply for the media files.