beknopt

Nederlands

Uitspraak
Woordafbreking
  • be·knopt
Woordherkomst en -opbouw
  • In de betekenis van ‘kort samengevat’ voor het eerst aangetroffen in het jaar 1603 [1]
stellendvergrotendovertreffend
onverbogen beknoptbeknopterbeknoptst
verbogen beknoptebeknopterebeknoptste
partitief beknoptsbeknopters-

Bijvoeglijk naamwoord

beknopt

  1. tot het belangrijkste en noodzakelijkste teruggebracht
    • Hij gaf de beknoptste uiteenzetting van het probleem en eindelijk begreep ik het. 
Vertalingen

Gangbaarheid

  • Het woord beknopt staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
99 %van de Nederlanders;
99 %van de Vlamingen.

Verwijzingen

This article is issued from Wiktionary. The text is licensed under Creative Commons - Attribution - Sharealike. Additional terms may apply for the media files.