behangen
Nederlands
Woordafbreking
- be·han·gen
Woordherkomst en -opbouw
stamtijd | ||
---|---|---|
onbepaalde wijs |
verleden tijd |
voltooid deelwoord |
behangen |
behing |
behangen |
klasse 7 | volledig |
Werkwoord
behangen
- overgankelijk het bedekken van wanden met een laag papier
- Voordat we de muur konden behangen moesten we eerst het oude behangsel verwijderen.
- overgankelijk bedekken door er iets aan, op of tegen te hangen
- Vrolijke drinkers, bevallige dames en groteske boeren behingen de muren van menig grachtenpand.
Hyponiemen
- onbehangen
Afgeleide begrippen
- behanger, behangerij, behanglijm, behangpapier, behangsel, behangster, behangtafel
Vertalingen
1. het bedekken van wanden met een laag papier
Werkwoord
Woordherkomst en -opbouw
- vervoeging van behangen: de stam met de uitgang -en, zonder ge- vanwege voorvoegsel (is gelijk aan de onbepaalde wijs)
vervoeging van |
---|
behangen |
behangen
- voltooid deelwoord van behangen
Gangbaarheid
- Het woord behangen staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
- In onderzoek van het Centrum voor Leesonderzoek uit 2013 werd 'behangen' herkend door:
100 % | van de Nederlanders; |
100 % | van de Vlamingen. |
This article is issued from
Wiktionary.
The text is licensed under Creative
Commons - Attribution - Sharealike.
Additional terms may apply for the media files.