bakenzender

Nederlands

Uitspraak
Woordafbreking
  • ba·ken·zen·der
Woordherkomst en -opbouw
enkelvoud meervoud
naamwoord bakenzender bakenzenders
verkleinwoord bakenzendertje bakenzendertjes

Zelfstandig naamwoord

bakenzender m

  1. (verkeer) (communicatie) zender die de functie van radiobaken vervult

Gangbaarheid

  • Het woord 'bakenzender' staat niet in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Taalunie.

Meer informatie

This article is issued from Wiktionary. The text is licensed under Creative Commons - Attribution - Sharealike. Additional terms may apply for the media files.