bacchanaal

Nederlands

Uitspraak
Woordafbreking
  • bac·cha·naal
Woordherkomst en -opbouw
  • Leenwoord uit het Latijn, in de betekenis van ‘drinkgelag’ voor het eerst aangetroffen in 1698 [1]
  • van Latijn Bacchanalia uitbundige meerdaagse feest ter ere van Bacchus, de in Rome gebruikelijke benaming voor Dionysos de Griekse god van de wijn en de extase
enkelvoud meervoud
naamwoord bacchanaal bacchanalen
verkleinwoord

Zelfstandig naamwoord

bacchanaal o

  1. (geschiedenis) (religie) Romeins feest ter ere van Bacchus
  2. woest drinkgelag, losbandige drinkpartij
Synoniemen
Verwante begrippen
Vertalingen

Gangbaarheid

  • Het woord bacchanaal staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
65 %van de Nederlanders;
62 %van de Vlamingen.

Meer informatie

Verwijzingen

This article is issued from Wiktionary. The text is licensed under Creative Commons - Attribution - Sharealike. Additional terms may apply for the media files.