automerk

Nederlands

Uitspraak
Woordafbreking
  • au·to·merk
Woordherkomst en -opbouw
enkelvoud meervoud
naamwoord automerk automerken
verkleinwoord automerkje automerkjes

Zelfstandig naamwoord

automerk o [1]

  1. merk van de auto

Gangbaarheid

  • Het woord automerk staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
100 %van de Nederlanders;
100 %van de Vlamingen.

Meer informatie

Verwijzingen

This article is issued from Wiktionary. The text is licensed under Creative Commons - Attribution - Sharealike. Additional terms may apply for the media files.