astmatisch
Nederlands
Woordafbreking
- ast·ma·tisch
| stellend | vergrotend | overtreffend | |
|---|---|---|---|
| onverbogen | astmatisch | astmatischer | |
| verbogen | astmatische | astmatischere | |
| partitief | astmatisch | astmatischers | - |
Bijvoeglijk naamwoord
astmatisch
- last hebbend van astma
- De astmatische man had moeite om de berg op te lopen.
Vertalingen
1. last hebbend van astma
Gangbaarheid
- Het woord astmatisch staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
- In onderzoek van het Centrum voor Leesonderzoek uit 2013 werd 'astmatisch' herkend door:
| 96 % | van de Nederlanders; |
| 95 % | van de Vlamingen. |
This article is issued from
Wiktionary.
The text is licensed under Creative
Commons - Attribution - Sharealike.
Additional terms may apply for the media files.