artillerist
Nederlands
Woordafbreking
- ar·til·le·rist
Woordherkomst en -opbouw
- afgeleid van artillerie met het achtervoegsel -ist
enkelvoud | meervoud | |
---|---|---|
naamwoord | artillerist | artilleristen |
verkleinwoord | artilleristje | artilleristjes |
Zelfstandig naamwoord
artillerist m
- (beroep) een militair die dienst doet bij de artillerie
- De artillerist raakte gewond bij de schietpartij.
- Tijdens de minuten die volgden, vuurden de artilleristen met een promptheid die je eigenlijk niet van hen gewend was, achter elkaar salvo's uit hun 75'ers vanuit het achterland op de Duitse linies af, je zou je bijna afvragen of ze ervan afwisten. [1]
Vertalingen
1. een militair die dienst doet bij de artillerie
Gangbaarheid
- Het woord artillerist staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
- In onderzoek van het Centrum voor Leesonderzoek uit 2013 werd 'artillerist' herkend door:
90 % | van de Nederlanders; |
92 % | van de Vlamingen. |
This article is issued from
Wiktionary.
The text is licensed under Creative
Commons - Attribution - Sharealike.
Additional terms may apply for the media files.