armlengte

Nederlands

Uitspraak
  • Geluid:  armlengte    (hulp, bestand)
  • IPA: /ˈɑrəmlɛŋtə/
Woordafbreking
  • arm·leng·te
Woordherkomst en -opbouw
enkelvoud meervoud
naamwoord armlengte armlengten
armlengtes
verkleinwoord - -

Zelfstandig naamwoord

armlengte v

  1. afstand ter grootte van een gestrekte arm
    • Cohen merkt in een krantenartikel op dat soldaten met hun moentji in de barakken sliepen in kooien die niet meer dan een armlengte van de volgende man verwijderd waren en zonder enige afscheiding die ook maar de schijn wekte van privacy. [2]
Uitdrukkingen en gezegden
  • op armlengte
onder handbereik, goed bereikbaar
Synoniemen

Gangbaarheid

  • Het woord armlengte staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
100 %van de Nederlanders;
99 %van de Vlamingen.

Verwijzingen

This article is issued from Wiktionary. The text is licensed under Creative Commons - Attribution - Sharealike. Additional terms may apply for the media files.