allerlei
Nederlands
Woordafbreking
- al·ler·lei
Woordherkomst en -opbouw
- In de betekenis van ‘onbepaald voornaamwoord’ voor het eerst aangetroffen in 1400 [1]
- afgeleid van de genitief van alle met het achtervoegsel -lei
stellend | |
---|---|
onverbogen | allerlei |
verbogen | (alleen predicaat) |
Onbepaald voornaamwoord
allerlei
- van grote verscheidenheid
- Op de rommelmarkt kun je allerlei spullen kopen.
- De jongen maakte net als zijn vader allerlei dingen, die de Steenlanders niet konden maken. Soms bouwde hij bijvoorbeeld van klei, die de Woordbouwer voor hem meebracht, prachtige mensenfiguren. [2]
Vertalingen
1.
Gangbaarheid
- Het woord allerlei staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
- In onderzoek van het Centrum voor Leesonderzoek uit 2013 werd 'allerlei' herkend door:
100 % | van de Nederlanders; |
99 % | van de Vlamingen. |
Verwijzingen
- "allerlei" in: Sijs, N. van der Chronologisch woordenboek. De ouderdom en herkomst van onze woorden en betekenissen. 2e druk (2002) Veen, Amsterdam / Antwerpen; op website dbnl.org; ISBN 90 204 2045 3
- Herzen, Frank De zoon van de woordbouwer 1970 ISBN 9062805450 pagina 13
This article is issued from
Wiktionary.
The text is licensed under Creative
Commons - Attribution - Sharealike.
Additional terms may apply for the media files.