afprijzen
Nederlands
Woordafbreking
- af·prij·zen
Woordherkomst en -opbouw
- samenstelling van af bw en prijzen ww
stamtijd | ||
---|---|---|
onbepaalde wijs |
verleden tijd |
voltooid deelwoord |
afprijzen |
prijsde af |
afgeprijsd |
zwak -d | volledig |
Werkwoord
afprijzen
- iets goedkoper maken
- Na het afprijzen waren de winkeldochters zo weg.
- goedkoper worden
Vertalingen
1. iets goedkoper maken
1. goedkoper worden
Gangbaarheid
- Het woord afprijzen staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
- In onderzoek van het Centrum voor Leesonderzoek uit 2013 werd 'afprijzen' herkend door:
99 % | van de Nederlanders; |
99 % | van de Vlamingen. |
This article is issued from
Wiktionary.
The text is licensed under Creative
Commons - Attribution - Sharealike.
Additional terms may apply for the media files.