afkoken
Nederlands
Woordafbreking
- af·ko·ken
Woordherkomst en -opbouw
- samenstelling van af bw en koken ww
stamtijd | ||
---|---|---|
onbepaalde wijs |
verleden tijd |
voltooid deelwoord |
afkoken |
kookte af |
afgekookt |
zwak -t | volledig |
Werkwoord
afkoken
- koken tot iets geheel gaar is
- De vruchten [van de katjang], uitgezonderd die van de katjang djepoen eet men afgekookt. [1]
- bijzonder vaak koken
- Op dat fornuis is heel wat afgekookt.
Gangbaarheid
- Het woord afkoken staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
- In onderzoek van het Centrum voor Leesonderzoek uit 2013 werd 'afkoken' herkend door:
90 % | van de Nederlanders; |
98 % | van de Vlamingen. |
Verwijzingen
- blz. 80. Aardrijkskundig en statistisch woordenboek van Nederlandsch Indie bewerkt naar de jongste en beste berigten: bewerkt naar de jongste en beste berigten By H. van Alphen Published by P.N. van Kampen, 1869
This article is issued from
Wiktionary.
The text is licensed under Creative
Commons - Attribution - Sharealike.
Additional terms may apply for the media files.