aanvoegen

Nederlands

Uitspraak
  • Geluid:  aanvoegen    (hulp, bestand)
  • IPA: /'aɱˌvuɣə(n)/
Woordafbreking
  • aan·voe·gen
Woordherkomst en -opbouw

Werkwoord

aanvoegen [1]

stamtijd
onbepaalde
wijs
verleden
tijd
voltooid
deelwoord
aanvoegen
voegde aan
aangevoegd
zwak -d volledig
  1. aan iets anders toevoegen met als doel iets goed te laten sluiten
Synoniemen
Afgeleide begrippen
Vertalingen

Gangbaarheid

  • Het woord aanvoegen staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
83 %van de Nederlanders;
80 %van de Vlamingen.

Verwijzingen

This article is issued from Wiktionary. The text is licensed under Creative Commons - Attribution - Sharealike. Additional terms may apply for the media files.