1 aprilgekte

Nederlands

Uitspraak
Woordafbreking
  • 1 aprilĀ·gekĀ·te
Woordherkomst en -opbouw
enkelvoud meervoud
naamwoord 1 aprilgekte 1 aprilgektes
verkleinwoord

Zelfstandig naamwoord

1 aprilgekte v

  1. (feest) de gekte die er kan leven op 1 april waarbij er allerlei grappen worden uitgehaald.
    • De 1 aprilgekte had de toeschouwers in hun greep. 
Verwante begrippen

Gangbaarheid

  • Het woord '1 aprilgekte' staat niet in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Taalunie.
This article is issued from Wiktionary. The text is licensed under Creative Commons - Attribution - Sharealike. Additional terms may apply for the media files.