Soera De Dichters
De soera is vernoemd naar de dichters in aya 224. Zij luisteren naar de djinns. Naast enkele vertellingen over de profeten Musa, Ibrahim, Nuh, Hud, Salih en Loet wordt ook uitgebreid ingegaan op de nederdaling op Mohammed van de Koran in het Arabisch.
الشعراء
| ||
De Dichters | ||
Soera | 26 | |
Transcriptie | As-Sju'ara' | |
Geopenbaard in | Mekka | |
Aantal aya's | 227 | |
Djuz' | dag 19 | |
Geopenbaard na | De Onoverkomelijke Gebeurtenis |
Bijzonderheden
Ayaat 197 en 224 t/m 227 zijn neergedaald in Medina.
Dichters waren in Mohammed's tijd journalisten die als zodanig de publieke opinie konden beïnvloeden. De meesten waren tegenstanders van hem. Mohammed zag zichzelf daarom ook niet als een dichter, maar ervoer dit zelfs als negatief als hij zo genoemd werd.
Deze soera wordt op de 15de dag van de maand sha'aban uitgesproken. In deze nacht zou God de lotsbestemmingen voor het komende jaar vastleggen voor eenieder.
Externe link
This article is issued from
Wikipedia.
The text is licensed under Creative
Commons - Attribution - Sharealike.
Additional terms may apply for the media files.