Simon Koene

Simon Jacobus Maria Joseph Koene (Poeldijk/Den Haag, 30 maart 1946) is een Nederlandse beeldend kunstenaar. Hij is graficus (etser), tekenaar, schilder en publicist, en behoort tot de belangrijkste Nederlandse grafici van de twintigste eeuw.[1]

Simon Koene
Simon Koene tekenend voor Onkruid (1975)
Persoonsgegevens
Volledige naamSimon Jacobus Maria Joseph Koene
Geboren30 maart 1946
Geboorteland Nederland
Beroep(en)Kunstschilder en etser
Oriënterende gegevens
Jaren actief1967 - heden
RKD-profiel
Portaal    Kunst & Cultuur

Zijn werk heeft in hoofdzaak een literair karakter en bleef gedurende zijn gehele loopbaan experimenteel. Zijn belangrijkste werken zijn: Dear Plato (1970), Groot Hollands landschap (1979), Die Goldene Zeit (1988) en zijn grootmoeder die hij 23-jarige leeftijd etste.

Levensloop

Koene kwam uit een groot gezin van elf kinderen en groeide op in Poeldijk in het Westland. Hij ging op de lagere school in Den Haag, volgde zijn gymnasiumopleiding op het kleinseminarie in Soesterberg en Deurne, alwaar hij ook zijn diploma haalde.

Vervolgens koos hij in 1966 voor de tekenopleiding (MO-A en B) aan de Koninklijke Academie van Beeldende Kunsten in Den Haag. Daar maakte hij in zijn tweede studiejaar zijn eerste etsen, waarbij hij zich liet inspireren door het dagelijks leven en de grote wereldgebeurtenissen van zijn tijd.

Na zijn afstuderen in 1971 vestigde Koene zich als beeldend kunstenaar eerst in Amersfoort en vanaf 1980 in Den Haag. Van 1971 tot 2011 was hij daarnaast tevens werkzaam in het middelbaar onderwijs. Van 1979 tot 2011 was hij docent aan de Koninklijke Academie van Beeldende Kunsten in Den Haag aan de afdeling Tekenen/Schilderen voor de vakken tekenen en grafiek (etsen) en aan de afdeling Binnenhuisarchitectuur en Architectonische Vormgeving voor de vakken ontwerpmethodiek en presentatie.

Vanaf 1971 was Koene de drijvende kracht achter de projecten van De Haagse Etsclub. In 1971 werd hij lid van het Schilderkundig Genootschap Pulchri Studio in Den Haag. Van 2000 tot en met 2006 was hij aldaar lid van het bestuur en voorzitter van de Tentoonstellingscommissie. Van 1989 tot en met 2012 was hij bestuurslid en voorzitter van het Klinkenbergfonds ter ondersteuning van jonge kunstenaars. In 2012 werd hij lid van de Sociëteit voor Culturele Samenwerking.

Vanaf de jaren 1980 is Koene gaan publiceren over grafiek en kunst en cultuur in het algemeen. Hij publiceerde voornamelijk in Pulchri, het blad van de kunstenaarsvereniging van Pulchri Studio. In 1990 verscheen een kleine oeuvrecatalogus, Simon Koene Etsen. In 1992 schreef hij De Tekenles, een verhandeling over het Renaissancistisch tekenen met de daarbij behorende kunsttheorieën, in 2008 zijn Oeuvrecatalogus met de beschrijving van al zijn prenten en in 2012 Groeipijn, de geschiedenis van zijn jeugd.

Voor zijn werk heeft hij diverse prijzen ontvangen, waaronder de Jacob Maris Aanmoedigingsprijs voor Grafiek (1969), de Karel Klinkenbergprijs voor Grafiek en Tekenen (1974) en de Jacob Hartogprijs voor zijn ets Dear Plato (1981).

Werk

Koenes grafische oeuvre, dat bijna 300 etsen omvat en in zijn eigen woorden het karakter van een visueel dagboek draagt, kenmerkt zich door een grote diversiteit in stijl en onderwerpskeuze.[1] In zijn vroegste werken verwerkte Koene gegevens die hij in zijn naaste omgeving en op het St.-Willibrord Gymnasium had opgedaan. Hij groeide op in een groot gezin, ontving sterke indrukken van de literatuur en onderging de sfeer van de opstandige en idealistische jaren zestig. In zijn meer kritische werk reflecteerde hij op de destijds actuele gebeurtenissen, zoals de oorlog in Vietnam, de consumptiemaatschappij en de songteksten van de Beatles.

Belangrijke prenten uit deze periode zijn 'Oma Balm' (de grootmoeder van de kunstenaar), 'Kinderkamer/Beer' en 'Kinderfeest'. 'What is happening all the time', 'Plastic Man' en 'Machine' zijn hedendaagse Goyeske aanklachten tegen postkoloniaal geweld en de vernedering van de tot een nummer gereduceerde mens.

Simon Koene, Dear Plato, 1970 (ets)

Literaire belevenissen uit zijn gymnasiumjaren kwamen in 1970 terug in prenten als 'Dear Plato', 'Grüsz Gott Albrecht' en 'Jean Baptiste Pocquelin'. In dezelfde periode maakte hij onder meer een indrukwekkende reeks prenten waarin de abdijkerk van Loosduinen centraal staat,[2] met als belangrijkste werk 'Groot Hollands landschap', waarin zijn Westlandse herinneringen en grafische oplossingen tot een apotheose werden gebracht. Na deze ‘Hollandse periode’ koos Koene het exotische landschap als zijn voornaamste onderwerp.

De Haagse Etsclub

In 1972 nam Koene het initiatief tot het maken van het boekje 'Schelpen' in samenwerking met Dirk van Gelder, Willem Minderman, Co Westerik, Hermanus Berserik, Charles Donker en anderen. Deze uitgave leidde in 1984 onder zijn leiding tot de oprichting van De Haagse Etsclub met uitgaven als 'Onkruid' (1976), 'Buiten' (1984) en vele andere edities tot aan het jaar 2004.

Stichting De Roos

Begin jaren tachtig volgde een intermezzo waarin Koene onder meer illustraties begon te maken voor verschillende bibliofiele uitgaven voor de Stichting De Roos. In 1982 maakte hij etsen voor een bibliofiele uitgave van De bruine vriend van Simon Vestdijk, in 1987 etsen bij The bridge of San Luis Rey, de vermaarde bestseller van Thornton Wilder, en in 1995 Muzikale Beelden in samenwerking met Willem Wilmink met illustraties en gedichten bij De Schilderijententoonstelling en De Kinderkamer van Modest Moessorgski en Het Carnaval der Dieren van Camille Saint-Saëns.

Mediterrane sferen

Vanaf 1983 blijkt Koene geleidelijk afstand te hebben genomen van wat hij zijn Hollandse periode noemt. Reizende in zijn atelier roept hij in de jaren daarna een lichte, mediterrane wereld op, een Griekenland en een Egypte van eigen vinding. In het werkelijke Griekenland heeft hij sindsdien het gedroomde land van zijn prenten herkend, en wie in Egypte is geweest kan de plekken noemen die hij in beeld heeft gebracht. Intussen waren de 'zinderende' prenten deel van zijn oeuvre gaan vormen. Kenmerkend voor deze periode zijn de vele etsen van kamelen en Oosterse taferelen, die toch voor het merendeel ontstaan zijn in het atelier. In de jaren daarna keerde de onrust terug in zijn 'Wildlife'-prenten, die door de collage-achtige opbouw duidelijke overeenkomsten vertonen met zijn vroegste werk.

Formaten

De formaten van zijn etsen variëren van heel klein tot zeer groot. Koene heeft zelfs etsjes gemaakt die niet groter zijn dan een postzegel van een ontwikkelingsland. Zijn grootste etsen (papierformaat 150 x 200 cm) zijn Egypte, Ram en Lastdragende figuren, beide uit 1986. Iedere prent is behalve een 'verhaal' mede de uitwerking van een grafisch concept, dat in alle gevallen met het verhaal versmelt. De thematiek kan variëren en het onderwerp is in wezen bijzaak.

Eind jaren tachtig maakte Koene nog een aantal bijna abstracte werken, maar zijn grote inspirator is toch Rembrandt gebleven.

Rembrandt

In de reeks 'Met het oog op Rembrandt' ging Koene in 1998 een serieuze dialoog met het werk van Rembrandt aan. In zeventien studies naar de etsen van Rembrandt heeft Koene zich daadwerkelijk in de voetsporen van zijn grote voorganger begeven. Deze serie, met als laatste prent 'De terugkeer van de verloren zoon', vormde de afsluiting van een oeuvre van 296 etsen. Na deze studies besloot Koene geen etsen meer te maken. Dat was voor het Rijksmuseum Amsterdam reden om zijn gehele grafisch oeuvre in haar collectie op te nemen. De serie werd in het kader van het Rembrandtjaar in 2019 in Huygens' Hofwijck geëxposeerd.

De Toverberg

Toch volgden er nog twee allerlaatste prenten: 'De Toverberg' en 'De Tuinen van Schönbrunn'. 'De Toverberg', een vergeten sprookjesachtige ets (van een bergstadje met een rat en een uil) was in 1997 al getekend, maar werd door de kunstenaar in 2008 pas weer herontdekt, geëtst, afgedrukt en uitgegeven. Hoewel de prent qua uitdrukking aansluit bij de Rembrandtserie, is hij qua thematiek een voortzetting van zijn eerder gemaakte Leonardo-prenten. 'De Tuinen van Schönbrunn' werd door de kunstenaar gemaakt voor de editie 'Tuinen', de laatste uitgave van De Haagse Etsclub uit 2004.

Vernieuwend

Koene was in een aantal opzichten vernieuwend. Enerzijds zag hij zijn werk als één samenhangend geheel en al zijn etsen als onderdeel daarvan, terwijl ze stuk voor stuk een artistieke neerslag van zijn persoonlijk leven vormen. Anderzijds maakte hij kleuretsen op een manier zoals niet eerder in de grafiekgeschiedenis is gedaan. Veel van zijn Grieks-Egyptische etsen bestaan uit vier of meer platen, waardoor ze over elkaar gedrukt a.h.w. kleine schilderijtjes vormen. Bovendien vond hij talrijke nieuwe technieken uit.

Schilderijen, penningen en tekeningen

Behalve zijn etsen maakte Koene de volgende geregistreerde werken: 153 schilderijen, 15 penningen (in brons en zilver) en 294 tekeningen, waarvan er zich 42 in de collectie van het Rijksmuseum bevinden.

Groeipijn, 2012

Groeipijn is geschreven vanuit zijn katholieke achtergrond. De vorm is een autobiografie. Daarin haalt hij herinneringen op aan zijn jeugd en zijn tijd op het seminarie. In het eerste deel beschrijft hij zijn kleutertijd met zijn eerste spijbelmiddag, de lagere school met een vernederende schrijfles, de eenzaamheid en de jongensliefde op het seminarie en zijn plannen om naar de kunstacademie te gaan. In het tweede deel vertelt hij aan de hand van zijn etsen hoe die ervaringen hun uitwerking op zijn werk hebben gehad.

In Groeipijn wordt zijn werk in twee perioden onderverdeeld. In de ‘Hollandse’ periode, die van 1968 tot aan 1982 duurde, hebben zijn prenten een directe relatie met zijn jeugd en de gebeurtenissen en omgeving waarin hij is opgegroeid. In de ‘Oosterse’ periode, van 1982 tot en met 1998, krijgen zijn prenten een meer poëtisch en verhalend karakter, terwijl een aantal louter om de ets is ontstaan. Na een twintigtal studies naar de etsen van Rembrandt is hij in 1998 definitief met het maken van etsen gestopt. In Groeipijn wordt het gehele artistieke proces beschreven.

Het boek is gebaseerd op en een bewerking van zijn oeuvrecatalogus uit 2008/2009. De brontekst en het manuscript bevinden zich in de bibliotheek van het Rijksmuseum in Amsterdam.

Simon Koene. Een grafisch oeuvre, 2015

Ter gelegenheid van de tentoonstelling van de etsen van Koene in het Gemeentemuseum Den Haag in 2015, verscheen onder de titel Simon Koene. Een grafisch oeuvre een uitgebreide monografie, geschreven door prof. Eddy de Jongh (kunsthistoricus) en Susan Adam (conservator Gemeentemuseum Den Haag) onder de redactie van Bob van den Boogert (kunsthistoricus en oud-conservator van het Rembrandthuis). Het boek is een uitgave van de Hercules Segers Stichting in samenwerking met Uitgeverij De Weideblik.

Werk in openbare collecties (selectie)

Tentoonstellingen (selectie)

1970 tot 2000
  • 1974 - Galerie Fenna de Vries, Rotterdam, Debuuttentoonstelling met etsen.[3][4][5]
  • 1976 - Gemeentemuseum Den Haag, Onkruid, met etsen van Simon Koene, Dirk van Gelder, Willem Minderman, Han van Hagen en Fred Couprie.[6]
  • 1976 - Gemeentemuseum Arnhem, Onkruid, met etsen van Simon Koene, Dirk van Gelder, Willem Minderman, Han van Hagen en Fred Couprie.
  • 1978 - Institut Néerlandais, Parijs, Herbes Folles, met etsen van Simon Koene, Dirk van Gelder, Willem Minderman, Han van Hagen en Fred Couprie.
  • 1978 - Stedelijk Museum Schiedam, Grafiekmanifestatie 1978.
  • 1981 - Institut Néerlandais, Parijs, Simon Koene, Han van Hagen (etsen) en Hans van der Meer (fotografie).
  • 1982 - De Zonnehof, Amersfoort, Onkruid, met etsen van Simon Koene, Dirk van Gelder, Willem Minderman, Han van Hagen en Fred Couprie.
  • 1984-1998 - Singer Museum, Laren, Grafiek Nu 1 t/m 8.
  • 1984 - Singer Museum, Laren, Simon Koene, etsen (solo).
  • 1985 - Gemeentemuseum Den Haag, Buiten, een project van De Haagse Etsclub (1984), met etsen van de Haagsche Etsclub (1848) en De Nederlandsche Etsclub (ca. 1890).
  • 1987 - Institut Néerlandais, Parijs, Graveurs d'aujourdhui.
  • 1988 - Drents Museum, Assen, Etsen van De Haagse Etsclub (1984), De Haagsche Etsclub (1848) en De Nederlandsche Etsclub (ca. 1890).
  • 1998 - Pulchri Studio, Met het oog op Rembrandt, tentoonstelling met vroege etsen en studies naar de etsen van Rembrandt.
Na het jaar 2000

Publicaties

Artikelen in Maandblad voor de beeldende vakken
  • Over het onderwijs in het tekenen (7 delen). Maandblad voor de beeldende vakken (1997-1999).
  • Italië in de Renaissance, een verrukkelijke polemiek. Maandblad voor de beeldende vakken (1997/2).
  • Rembrandt, pictor vulgaris en het Classicisme. Maandblad voor de beeldende vakken (1997/3).
  • De Hollandse Schilderkunst in de zeventiende eeuw en het Classicisme. Maandblad voor de beeldende vakken (1997/6).
  • Rembrandts etskunst. Maandblad voor de beeldende vakken (1998/1).
  • De regels van het Classicisme. Maandblad voor de beeldende vakken (1998/4).
  • Een veranderde kunstopvatting. Maandblad voor de beeldende vakken (1999/1).
  • De twintigste eeuw, kunst uit balans. Maandblad voor de beeldende vakken (1999/3).
  • Over etsen en andere zaken (4 delen). Maandblad voor de beeldende vakken (1999-2000).
  • Met de angel van een wesp, over de geschiedenis van de etskunst (4 delen). Maandblad voor de beeldende vakken (1999-2000).
Artikelen in Pulchri
  • De Haagse Etsclub, Buiten. Pulchri (1984/5).
  • Brief van de Cycladen. Pulchri (1990/2), Petit Parade (1990).
  • Rembrandts etsen. Pulchri (1994/5).
  • De motieven van de kunstenaar. Pulchri (1995/1).
  • Johannes Vermeer van Delft. Pulchri (1996/1).
  • De Haagse Etsclub, de ontdekking van de wereld. Pulchri (1996/5).
  • Met het oog op Rembrandt van Rijn. Pulchri (1998/4).
  • De beroepspraktijk van de graficus. Vereniging voor Originele Grafiek (1999), Pulchri (2000/1).
  • Rembrandt en Caravaggio, twee ‘vulgaire schilders’ in Amsterdam. Pulchri (2006/2).
  • Wintertjes. Pulchri (2006/4).
  • Een lachende Rembrandt op koper. Pulchri (2007/5).
  • Kamelen en Vedute. Pulchri (2008/4).
  • Hoe vrij is de Beeldende Kunst?. Pulchri (2008/5).
  • Het Gesprek (1). Een serie gesprekken met beeldende kunstenaars (doorlopende reeks). Pulchri (2008/4).
  • Met de angel van een wesp (3 delen). Pulchri (2009/1, 2009/2, 2009/4).
  • Het Gesprek (2). Pulchri (2009/5).
  • Ach, we doen het voor het geld!. Pulchri (2010/1).
  • Het Gesprek (3). Pulchri (2010/4).
  • Lascaux, Openbaar Kunstbezit (1), (doorlopende reeks kunstbeschouwingen vanaf medio 2010). Pulchri (2010/4).
  • Fotografie als kunst, een discussie, Pulchri (2010/5).
  • Met uitzicht op de Koekamp. Over de geschiedenis van de academie en het einde van het renaissancistische model (3 delen). Pulchri (2011/2, 2011/3, 2011/4).
  • Léon Lhermitte: La paye des moissonneurs. Openbaar Kunstbezit (5), Pulchri (2011/3).
  • Het Gesprek (4). Pulchri (2011/5).
  • Franz von Lenbach: Hirtenknabe. Openbaar Kunstbezit (7), Pulchri (2011/5).
  • Een stuckie stilleggend goet, Pulchri (2011/5).
  • Aan Lievens ontleend, een andere kijk op Rembrandt (2 delen). Pulchri (2012/1, 2012/2).
  • Talent overbodig, het failliet van de negentiende-eeuwse schilderkunst (3 delen). Pulchri (2012/3, 2012/4, 2012/5).
  • Viktor Paul Mohn (1842-1911): Die Sterntaler. Openbaar Kunstbezit (12), Pulchri (2012/5).
  • Met de angel van een wesp (nieuwe versie). Pulchri/Den Haag Centraal Grafiekkrant (december 2012).
  • Albrecht Dürer: Das Veilchen. Openbaar Kunstbezit (13), Pulchri (2013/1).
  • Beeldvorming rond Van Gogh en Rembrandt. Pulchri (2013/1).
  • De twintigste eeuw: De Nieuwe Mens. Pulchri (2013/2).
  • De hand van Goltzius (1588). Openbaar Kunstbezit (15), Pulchri (2013/3).
  • En ziet: hun armen veranderden in vleugels, 'Peter Vos, Metamorfosen' in het Rembrandthuis. Pulchri (2013/3).
  • Het Gesprek (5). Pulchri (2013/4).
  • Escher & Schatten uit de Islam. Pulchri (2013/4).
  • Die Dresdner Frauenkirche, een Barokkerk van amper 10 jaar oud. Openbaar Kunstbezit (16), Pulchri (2013/4).
  • Etser die weer ging tekenen en schilderen. Pulchri (2014/2).
  • Johan Antoni de Jonge (1864-1927), aquarellen en tekeningen uit de verzameling Klomp. Pulchri (2014/2).
  • Krassen op papier (1). Over geschoold en ongeschoold tekenen en drie criteria in de kunst, Pulchri (2014/3).
  • Arend Odé: Buste van Constantijn Huygens (1897). Openbaar Kunstbezit (20), Pulchri (2014/3).
  • Krassen op papier (2). Over illustrators van de negentiende en twintigste eeuw. Pulchri (2014/4).
  • De Nachtwacht: een aanslag of een uit de hand gelopen grap. Openbaar Kunstbezit (21), Pulchri (2014/4).
  • Het Tweede Gebod. Over 'fout in de oorlog' en abstracte kunst. Pulchri (2015/1).
  • Ontlenen. Pulchri (2015/2).
  • Zaha Hadid (1950) en Huang Yong Ping (1954). Openbaar Kunstbezit (25), Pulchri (2015/4).
  • Een 'flits' van inzicht. Het creatieve proces. Pulchri (2015/4).
  • Kunstbeleid in de twintigste eeuw. Pulchri (2016/1).
  • Hendrik Wiegersma, een arts die schilder werd. Openbaar Kunstbezit (26), Pulchri (2016/1).
  • Een verloren gewaande Rembrandt, Pulchri (2016/2).
  • Warmte getekend. Over Pieter Lastman in Italië. Openbaar Kunstbezit (28), Pulchri (2016/3).
  • Hy drukte ook Schildery. Over het werk en de techniek van Hercules Segers. Pulchri (2016/4).
  • De Wolgaslepers (1873). Openbaar Kunstbezit (30), Pulchri (2017/1).
  • Kenwood House. Openbaar Kunstbezit (31), Pulchri (2017/2).
  • Onbegrijpelijk, maar heel modern. Verslag van een bezoek aan de eindexamententoonstelling van de Koninklijke Academie in Den Haag. Pulchri (2017/3).
  • Maarten van Heemskerck (Heemskerk 1498-Haarlem 1574). Openbaar Kunstbezit (33), Pulchri (2017/4).
  • Sint-Petersburg (Санкт-Петербург). Openbaar Kunstbezit (34), Pulchri (2018/1).
  • Armoede als schilderachtigheid. Openbaar Kunstbezit (35), Pulchri (2018/2).
  • Colmar. Openbaar Kunstbezit (36), Pulchri (2018/3).
  • Dirk van Gelder (1907-1990). Openbaar Kunstbezit (37), Pulchri (2018/4).
  • Abraham Bloemaert (1566-1651), een leermeester uit Utrecht. Openbaar Kunstbezit (38), Pulchri (2019/1).
  • Frank Lloyd Wright (1867-1959) en Mondriaan (1872-1944). Openbaar Kunstbezit (39), Pulchri (2019/2).
  • Kunstkritiek in de zeventiende eeuw. Pulchri (2019/3).
  • De ontvoering van Ganymedes, Rembrandt (1635). Openbaar Kunstbezit (40), Pulchri (2019/3).
  • In memoriam Willy Rieser (18 februari 1927 - 15 januari 2020), Pulchri (2020/1).
  • De Regels van de Kunst (Het Classicisme), Pulchri (2020/1).
  • Tekenen op de dijk, Openbaar Kunstbezit (42), Pulchri (2020/1). Uit: Een vertelling voor kinderen.
Andere werken
  • De Tekenles. Een verhandeling over het Renaissancistisch tekenen, Rijksmuseum Amsterdam (1992).
  • Met de angel van een wesp, Grafiek Nu 7, Biënnale van Nederlandse grafische kunst (inleiding catalogus) (1996).
  • Han van Hagen en De Haagse Etsclub, in Han van Hagen etsen (pag. 116-121), Uitg. Art Revisited, Marum 2006.
  • Oeuvrecatalogus, met alle overwegingen en motieven, Rijksmuseum Amsterdam (2008).
  • Groeipijn, de geschiedenis van mijn jeugd. Proloog bij oeuvrecatalogus, Rijksmuseum Amsterdam (2009).
  • Hendrik Wiegersma (1891-1969), een arts die schilder werd (2011).
  • Groeipijn (2012) (autobiografie).
  • Vijf tekeningen van Berlage, Simon en Josée Koene. Uitgave Sociëteit voor Culturele Samenwerking 2019.
  • Over het nut van wandelen. Een beschouwing over wandelen in relatie tot kunst en wetenschap. Nieuwjaarslezing Sociëteit voor Culturele Samenwerking 2020.
  • Charles Donker en De Haagse Etsclub in De etsen van Charles Donker, Uitg. Lecturis, Eindhoven (2020) ISBN 9789462263727.

Literatuur

Publicaties exclusief over Simon Koene
  • Dolf Welling, Simon Koene Etsen (1990).
  • Drs. Aafke Groothuis, Simon Koene, een Haags graficus (1999).
  • Dr. Bob van den Boogert (Hercules Segers Stichting), Simon Koene in Gemeentemuseum Den Haag, Pulchri (2015/2).
  • Eddy de Jongh, Susan Adam, Bob van den Boogert, Simon Koene. Een grafisch oeuvre, monografie. Een uitgave van de Hercules Segers Stichting in samenwerking met Uitgeverij De Weideblik, Varik (2015) ISBN 978 9077767580.
  • Print Quarterly, Volume XXXIV, Number 4, december 2017, pagina's 459 en 460, Simon Koene. Een grafisch oeuvre. Review door Elmer Kolfin.
Overige publicaties
  • Ton Kwinkelenberg, Langs 's heren wegen. Uitgeverij Het Spectrum, Utrecht/Antwerpen (1979) ISBN 9027492433.
  • Willemijn Kreeftenberg, Willem Minderman, een terugblik, Pulchri (1988/2).
  • Ruud Spruyt, Kunst in zwart-wit en aquatint, Vitrine (1988/6).
  • Ruud Spruyt, De grandeur van Petit, Vitrine (1990/2).
  • Marianne Vermeijden, Leerzame prullaria, Kunstschrift (1996/3).
  • Drs. Ina Versteeg, Fascinatie voor de etskunst, Pulchri (2001/5).
  • Han van Hagen etsen (pag. 116-121). Uitgeverij Art Revisited, Marum (2006).
  • Dirk Pols, Simon. Pulchri (2006/4).
  • Dirk van Gelder, oeuvrecatalogus van de grafiek (pag. 40). Waanders Uitgevers, Zwolle (2008) ISBN 978 9040084089.
  • Schilders van het Westland, van 1500 tot heden (pag. 133 en 134). Uitgave Genootschap Oud-Westland/Scriptum Art (2010) ISBN 978 9055947515.
  • Hoogvliegers van het Laagland (p. 117 en 149). Uitgave Museum Møhlmann, Appingedam (2016).
  • In de ban van Hercules Segers. Rembrandt en de Modernen. Met bijdragen van Eddy de Jongh, Mireille Cornelis en Léonore van Sloten. Uitgave van de Hercules Segers Stichting en Museum Het Rembrandthuis (2016), pagina's 80 en 81. ISBN 978 9462581692 en ISBN 978 9462581739 (Engelse editie).
Op youtube.com
This article is issued from Wikipedia. The text is licensed under Creative Commons - Attribution - Sharealike. Additional terms may apply for the media files.