Josef Dietrich
Josef (Sepp) Dietrich (Hawangen, 28 mei 1892 – Ludwigsburg, 24 april 1966) was een Duitse SS'er.
Josef Dietrich
| ||||
Sepp Dietrich na de uitreiking van diamanten bij het Ridderkruis, 1944 | ||||
Bijnaam | Sepp, Ujac | |||
Geboren | 28 mei 1892 Hawangen, Beieren, Duitse Keizerrijk | |||
Overleden | 24 april 1966 Ludwigsburg, West-Duitsland | |||
Rustplaats | Neuer Friedhof, Ludwigsburg, Abt 75.[1] | |||
Land/zijde | ||||
Onderdeel | ||||
Dienstjaren | 1911 – 1919 1928 – 1945 | |||
Rang | SS-Oberst-Gruppenführer und Panzer-Generaloberst van de Waffen-SS | |||
Eenheid | Königlich Bayerisches 4. Feldartillerie-Regiment „König“ Bund Oberland 1. SS-Panzer-Division Leibstandarte-SS Adolf Hitler | |||
Bevel | SS-Begleitkommando des Führers (februari 1932 - ????) Leibstandarte-SS Adolf Hitler | |||
Slagen/oorlogen | Eerste Wereldoorlog
| |||
Onderscheidingen | Zie decoraties | |||
Ander werk | HIAG | |||
|
Dietrich vocht in de Eerste Wereldoorlog in het Beierse leger en was daarna tot 1927 als politiefunctionaris in Beieren werkzaam. Van 1932 tot 1945 was hij voor de NSDAP lid van de Rijksdag. Adolf Hitler omschreef Dietrich vaak als de man van wie hij wenste dat hij ooit zijn zoon zou zijn geweest (iets soortgelijks zei Hitler echter ook van de Belgische SS'er Léon Degrelle). In 1933 kreeg Dietrich de opdracht om een nieuwe, voltijdse SS-eenheid te formeren. De belangrijkste taak van deze eenheid was Hitler persoonlijk te escorteren. Dit werd uiteindelijk de Leibstandarte-SS Adolf Hitler. Dietrich was van 1938 tot 1943 bevelhebber van deze SS-divisie.
Hij speelde aan het eind van de Tweede Wereldoorlog een belangrijke rol tijdens het Ardennenoffensief. Tijdens dat offensief was zijn belangrijkste speerpunt de Kampfgruppe Peiper. In het noordelijk gedeelte kwam deze groep het verst totdat zij zich moesten terugtrekken met achterlating van hun tanks wegens gebrek aan brandstof en met medeneming van al hun krijgsgevangenen. Tijdens de Duitse opmars in de Ardennen waren bij een kruispunt in de omgeving van Malmedy Amerikaanse krijgsgevangenen die zich al hadden overgegeven, door SS'ers zonder genade neergeschoten. Dit werd bekend als het Bloedbad van Malmedy. Na de oorlog werd, tijdens de Dachauprocessen in 1946, Joachim Peiper tot de strop en Dietrich tot levenslange gevangenisstraf veroordeeld.
Aangezien er grove onregelmatigheden hadden plaatsgevonden tijdens het vooronderzoek waartegen de Amerikaanse publieke opinie in opstand kwam, konden Dietrich en Peiper de gevangenis van Landsberg in 1957 'on parole' (erewoord) verlaten. De vasthoudendheid van een Amerikaanse advocaat, Willis Everett uit Atlanta (Georgia), heeft dit uiteindelijk bewerkstelligd.
Militaire loopbaan
- Freiwilliger: oktober 1911[2]
- Unteroffizier: 1912[2]
- Vizewachtmeister: juni 1917[2]
- Polizei-Wachtmeister: oktober 1919[2]
- Polizei-Hauptmann: 1923[2]
- SS-Standartenführer: 18 november 1929[3]
- SS-Oberführer: 11 juli 1930[3]
- SS-Gruppenführer: 18 december 1931[3]
- SS-Obergruppenführer: 1 juli 1934[2][3]
- General der Waffen-SS: 19 november 1940
- SS-Oberst-Gruppenführer en Panzer-Generaloberst der Waffen-SS: 20 april 1942[4]
Decoraties
- Ridderkruis 4 juli 1940[2][5][6]
- Ridderkruis met Eikenloof (nr. 41) op 31 december 1941 als SS-Obergruppenführer en generaal van de Waffen-SS en commandant van de SS-Division "Leibstandarte SS Adolf Hitler" (mot.)[2][6][7]
- Ridderkruis met Eikenloof en Zwaarden (nr. 26) op 14 maart 1943 als SS-Obergruppenführer en generaal van de Waffen-SS en commandant van de 1. SS-Panzer-Division "Leibstandarte-SS Adolf Hitler"[2][6][8]
- Ridderkruis met Eikenloof, Zwaarden en Briljanten (nr. 16) op 6 augustus 1944 als SS-Oberst-Gruppenführer en Panzer-generaloberst van de Waffen-SS en bevelvoerend-generaal van de I. SS-Panzerkorps "Leibstandarte SS Adolf Hitler"[2][6][9]
- IJzeren Kruis 1914, 1e Klasse (1918)[10] en 2e Klasse (1917)[2][11]
- Herhalingsgesp bij IJzeren Kruis 1939, 1e Klasse (25 september 1939) en 2e Klasse (27 oktober 1939)[2][6][11][12]
- Bloedorde (nr. 10) in 9 november[6][10] 1933[11][11]
- Gouden Ereteken van de NSDAP in 1933[6][11][11]
- Medaille Winterschlacht im Osten 1941/42 in 1942[2][6][11]
- Gezamenlijke Piloot-Observatiebadge in Goud met Diamanten in 1943[2][6][11]
- Ehrendegen des Reichsführers-SS[10][11]
- SS-Ehrenring[10][11]
- Panzerkampfabzeichen in zilver
- Medaille ter Herinnering aan de 13e Maart 1938
- Medaille ter Herinnering aan de 1e Oktober 1938 met gesp „Prager Burg“
- Gewondeninsigne in zilver[2] en zwart
- Erekruis voor de Wereldoorlog in 1934[2][10]
- Medaille voor Dapperheid (Oostenrijk-Hongarije) in brons
- Orde van Militaire Verdienste (Beieren), 3e klasse
- Silezische Adelaar, 1e en 2e graad (1919)[2]
- Dienstonderscheiding van de NSDAP in zilver[6] en brons
- Ehrenwinkel der Alten Kämpfer
- Grootkruis in de Orde van Sint-Mauritius en Sint-Lazarus (?)
- Grootkruis in de Orde van de Italiaanse Kroon[2]
- Grootkruis in de Militaire Orde van Savoye (?)
- Grootkruis in de Orde van de Kroon van Roemenië op 16 juli 1942[6]
- Krim schild[2]
- Rijksinsigne voor Sport in goud[2][6][10][13]
- Sportinsigne van de SA in goud[6][13]
- Strijdwagen-Herinneringsinsigne in 1921
- Duits Olympisch Ereteken, 1e Klasse "Voor zeer bijzondere verdienste bij het organiseren van de spelen"[2]
- Landesorden[10]
- V.l.n.r. Sepp Dietrich, Adolf Hitler en Heinrich Himmler (1937)
- Dietrich decoreert manschappen in Metz, Frankrijk (1940)
- Sepp Dietrich met zijn vrouw (1942)
- Josef (Sepp) Dietrich in geallieerde krijgsgevangenschap (1946)
Externe links
- Kleurenbeelden van Josef Dietrich op de Berchtesgaden.
- (de) Dietrich wordt onderscheiden door Adolf Hitler met het Eikenloof bij zijn Ridderkruis.
Bronnen, noten en/of referenties
|
Zie de categorie Sepp Dietrich van Wikimedia Commons voor mediabestanden over dit onderwerp. |