Gele bergsteenbreek
Gele bergsteenbreek (Saxifraga aizoides) is een soort steenbreek die we onder andere in de Alpen maar ook in subarctische streken aantreffen. Ze komt in België en Nederland niet voor en heeft geen officiële Nederlandstalige naam. In het Duitse taalgebied is het een van de twee soorten die de naam Fetthennensteinbrech draagt.
Gele bergsteenbreek | ||||||||||||||||||
---|---|---|---|---|---|---|---|---|---|---|---|---|---|---|---|---|---|---|
Gele bergsteenbreek | ||||||||||||||||||
Taxonomische indeling | ||||||||||||||||||
| ||||||||||||||||||
Soort | ||||||||||||||||||
Saxifraga aizoides L. (1753) | ||||||||||||||||||
Afbeeldingen op | ||||||||||||||||||
Gele bergsteenbreek op | ||||||||||||||||||
|
Beschrijving
De gele bergsteenbreek heeft 5-15 cm lange bebladerde niet bloeiende stengels en 15-25 cm lange, meestal vertakte, bloeistengels.[1] De lijn- tot lancetvormige[2] bladeren zijn 0,5-3,0 cm lang, iets geplat, puntig en aan de voet langs de rand gewimperd.[3]
De bloemen staan met 5-10 bijeen in een pluimen en bloeien van juni tot september. De wijd stervormig uiteen staande gele of lichtoranje kroonbladen zijn 3-6 mm lang. Soms zijn de kroonbladen lichtrood of rood getekend.[1]
Ecologie
Ze groeit op vochtige stenige plaatsen, langs beekoevers, kiezelbanken[1] en sneeuwbodems[3]. Ze groeit overwegend op kalk[3]
Verspreiding
Ze komt tot 3150 meter hoogte voor in de Pyreneeën, de Alpen, Karpaten, Balkan en Apennijnen[3]. In Noorwegen komt ze tot op 1100 meter hoogte voor.[1]. In het arctisch gebied komt ze voor op Oost-IJsland, Groenland, Canada, en (West)-Siberië[3]
Bronnen en referenties
- Alpenflora, Anthony Huxley, uitgeverij Moussault, ISBN 90 226 0065 3
- www.floraislands.is/Kort/saxifaiz.gif[dode link]
- Alpen Pflanzen, Oskar Angerer & Thomas Muer, Uitgeverij Ulmer, ISBN 3-8001-3374-1
Soorten van het geslacht Saxifraga (Steenbreek) | |
---|---|
... · S. aizoides (Gele bergsteenbreek) · S. bryoides · S. cernua (Knikkende steenbreek) · S. facchinii · S. granulata (Knolsteenbreek) · S. nathorstii · S. oppositifolia (Zuiltjessteenbreek) · S. paniculata (Trossteenbreek) · S. tridactylites (Kandelaartje) · S. umbrosa (Schildersverdriet) ... |