Museum Catharijneconvent
Museum Catharijneconvent is een rijksmuseum voor religieuze kunst in Utrecht. Het museum is gevestigd in het voormalige klooster het Catharijneconvent, dat vermoedelijk reeds in de 12de eeuw gewijd was aan Catharina van Alexandrië. Het kloostergebouw is tegen de Sint-Catharinakathedraal aangebouwd. Het museum komt voort uit verschillende collecties.
Museum Catharijneconvent
| ||||
Permanente tentoonstelling in het museum | ||||
Locatie | Utrecht, Nederland | |||
Type | Rijksmuseum | |||
Thema | (Christelijke) religieuze kunst | |||
Opgericht | 1979 | |||
Personen | ||||
Directeur | Marieke van Schijndel | |||
Afbeeldingen | ||||
Logo van Museum Catharijneconvent | ||||
Website | ||||
|
De collecties
Museum Catharijneconvent heeft een uitgebreide collectie bijzondere (kunst)historische objecten vanaf de vroege Middeleeuwen tot de 21e eeuw. De vaste collectie geeft een beeld van de christelijke kunst- en cultuurgeschiedenis van Nederland en de invloed van die geschiedenis op onze samenleving. De collectie omvat onder andere rijk geïllustreerde handschriften, boekbanden versierd met edelstenen, rijk bewerkte beelden, bijzondere schilderijen, altaarstukken, kerkelijke kleding en voorwerpen in goud en zilver. Een van de topstukken uit de collectie is de vroeg-middeleeuwse Lebuinuskelk van rijk-bewerkt ivoor. De Hamer van Sint Maarten behoort ook tot de collectie.
De Nederlandse schilderkunst uit de 16e en 17e eeuw is vertegenwoordigd met werk van Jan van Scorel, Rembrandt, Frans Hals, Pieter Saenredam en Eva van Marle. Van recentere datum zijn werken van Jan Toorop, Shinkichi Tajiri, Frans Franciscus en Marc Mulders. De collectie van Museum Catharijneconvent bevat zowel protestantse als katholieke kunstvoorwerpen.
In 1971 werden de bezittingen van drie kerkelijke musea (Aartsbisschoppelijk Museum, Bisschoppelijk Museum Haarlem en het Oud-Katholiek Museum) in permanente bruikleen ondergebracht bij de nieuw opgerichte Stichting Het Catharijneconvent. Onder deze Stichting vielen ook de collectie van de Stichting Protestantse Kerkelijke Kunst en de collectie Rijksmuseum Het Catharijneconvent, waarin de kunstwerken die eigendom waren van het Rijk waren ondergebracht.
Bovengenoemde verzamelingen, elk met een eigen inventaris, werden tussen 1976 en 1979 ondergebracht in het nieuwe Rijksmuseum Het Catharijneconvent, dat op 9 juni 1979 zijn deuren opende. In 1995 werd het museum verzelfstandigd onder de naam Museum Catharijneconvent.
Op 17 mei 2008 ontving toenmalig museumdirecteur Guus van den Hout in Dublin de European Museum of the Year Award uit handen van koningin Fabiola van België, beschermvrouwe van European Museum Forum. 37 andere musea waren genomineerd.
Geschiedenis van het Catharijneconvent
Het Catharijneconvent lag bij de later gebouwde Catharijnepoort, Er was ook een huis, een kerk en een kerkhof voor arme vreemdelingen. De johannieters hadden hier tot 1529 een ziekenhuis op het huidige plein Vredenburg, dat toen nog het Catharijneveld heette. Het ziekenhuis had 24 bedden, en dit was het grootste ziekenhuis van de stad.
De bisschop van Utrecht, die tevens landheer was, was de grote begunstiger van het Catharijneconvent. In 1529 verandert de situatie nadat de bevolking trouw zweert aan keizer Karel V. De balije Utrecht was machtig, maar werd hierna een klein stukje van het grote Roomse Rijk. Het klooster en gasthuis van de johannieters werden onteigend en de dwangburcht Vredenburg werd gebouwd.
De johannieters moesten verhuizen en kregen het veel kleinere klooster van de karmelieten aan de Lange Nieuwstraat toegewezen. Karel V kocht de omringende huizen op en gaf die ter compensatie aan de Johannieters. Er werd jarenlang verbouwd om het tot een geheel te maken. In 1560 werd de Sint-Catharinakerk gebouwd. Het werd een groot bouwwerk in laatgotische stijl.
In 1561 werd keukenmeester Hendrick Barck in allerijl tot nieuwe balije verkozen, nadat 's nachts zijn voorganger, frater Willem van Heeteren overleden was. Dit moest heel snel gebeuren, omdat anders de regering van Karel V iemand zou aanstellen. In 1580 werd de kerk buiten werking gesteld en leeggeplunderd, maar Barck had voorheen al veel kostbare goederen en gewaden verwijderd. Hierna werden de missen bij hem thuis aan de Nieuwegracht 61 opgedragen. Na zijn dood mocht geen opvolger benoemd worden, maar de broeders mochten tot hun dood in het convent blijven wonen.
Vanaf 1636 werd de kerk door protestanten gebruikt. Ook werd de Utrechtse universiteit opgericht, en het ziekenhuis werd een academisch ziekenhuis, de voorloper van het huidige Universitair Medisch Centrum Utrecht.
Toen in 1795 de godsdienstvrijheid kwam zochten de katholieken weer naar een eigen kerk. In 1815 werd de Catharijnekerk in gebruik genomen voor de katholieke soldaten als garnizoenskerk en in 1842 werd de kerk door de koning geschonken aan de katholieke gemeenschap. In 1853 werd de kerk verheven tot kathedraal en in 1855 werd het officieel een parochiekerk. In 1859-1901 versierde Friedrich Wilhelm Mengelberg de kerk in neogotische stijl. Veel van deze elementen zijn bij de restauratie van 1955-1965 weer verwijderd.
In 2000 kwam een ingrijpende verbouwing en uitbreiding naar ontwerp van Hubert-Jan Henket gereed. De ingang is van de Nieuwegracht verplaatst naar de binnenplaats. Er is een loopbrug gebouwd waardoor de looproute door het gebouw verbeterde en er werd een nieuw trappenhuis toegevoegd. In 2006 werden de themazalen heringericht.
Monstransroof
Op 29 januari 2013 vond in het museum de zogenaamde monstransroof plaats. Op klaarlichte dag sloegen overvallers toe in de schatkamer van het museum, waar ze het glas van een vitrine verbrijzelden en een monstrans stalen. Dit was een verguld zilveren stralenmonstrans, ingelegd met diamanten en edelstenen, met aan weerszijden van de lunula een knielende engel met kruis en een knielende engel met anker. Deze was vervaardigd door Johannes Petrus Antonius Verschuylen. De dieven werden enige weken later gearresteerd en de monstrans, met een geschatte waarde van € 250.000,00, werd in gehavende toestand teruggevonden. De monstrans is een bruikleen van de Amsterdamse Boomkerk, ten tijde van de diefstal onderdeel van de parochie van de Heilige Drie-eenheid, thans (2018) van de parochie Emmaüs in Amsterdam,
Externe link
Zie de categorie Museum Catharijneconvent van Wikimedia Commons voor mediabestanden over dit onderwerp. |
European Museum of the Year Award |
---|
1977 Ironbridge Gorge Museum Trust (Verenigd Koninkrijk) · 1978 Schloss Rheydt (Bondsrepubliek Duitsland) · 1979 Musée de la Camargue (Frankrijk) · 1980 Museum Catharijneconvent (Nederland) · 1981 Volkskundig museum van de Peloponnesos (Griekenland) · 1982 Musée d'art et d'histoire de Saint-Denis (Frankrijk) · 1983 Museum Sarganserland (Zwitserland) · 1984 Zuiderzeemuseum (Nederland) · 1987 Beamish: North of England Open Air Museum (Verenigd Koninkrijk) · 1988 Brandts Klædefabrik (Denemarken) · 1989 Sundsvalls museum (Zweden) · 1990 Écomusée de l'Avesnois à Fourmies (Frankrijk) · 1991 Leventis Museum (Cyprus) · 1992 Landesmuseum für Technik und Arbeit (Duitsland) · 1993 Alta Museum (Noorwegen) · 1994 Nationalmuseet (Denemarken) · 1995 Olympisch museum (Zwitserland) · 1996 Nationaal museum van de Roemeense boer (Roemenië) · 1997 Museum van Anatolische beschavingen (Turkije) · 1998 National Conservation Centre (Verenigd Koninkrijk) · 1999 Musée Français de la Carte à Jouer (Frankrijk) · 2000 Guggenheim Museum Bilbao (Spanje) · 2001 National Railway Museum (Verenigd Koninkrijk) · 2002 Chester Beatty Library (Ierland) · 2003 Victoria and Albert Museum (Verenigd Koninkrijk) · 2004 Museo Arqueologico Provincial de Alicante (Spanje) · 2005 Nederlands Openluchtmuseum (Nederland) · 2006 CosmoCaixa Barcelona (Spanje) · 2007 Deutsches Auswandererhaus (Duitsland) · 2008 KUMU (Estland) · 2009 Salzburg Museum (Oostenrijk) · 2010 Ozeaneum (Duitsland) · 2011 Gallo-Romeins Museum (België) · 2012 Medina Azahara Museum (Spanje) · 2013 Riverside Museum (Verenigd Koninkrijk) · 2014 Het Museum van de Onschuld (Turkije) · 2015 Rijksmuseum Amsterdam (Nederland) · 2016 POLIN, Museum voor de Geschiedenis van de Poolse Joden (Polen) · 2017 Musée d'ethnographie de Genève (Zwitserland) · 2018 Design Museum (Verenigd Koninkrijk) · 2019 Rijksmuseum Boerhaave (Nederland) |