Musculus piriformis
De musculus piriformis[2] of peervormige spier[3] is een spier in de bilstreek.
Peervormige spier
| ||||
Musculus piriformis | ||||
Spier | ||||
Synoniemen | ||||
Nederlands | peerspier[1] | |||
Indeling | ||||
Hoort bij | dorsale heupspieren | |||
Functie | exorotatie, abductie en extensie van het heupgewricht, stabilisatie van het heupgewricht | |||
Gegevens | ||||
Origo | os sacrum | |||
Insertie | trochanter major van het femur | |||
Zenuw | plexus sacralis (L5-S2) | |||
|
Oorsprong en insertie
De spier loopt van het voorste gedeelte van het heiligbeen door het foramen ischiadicum majus naar buiten het bekken, om daar aan te hechten aan de trochanter major van het femur. De pees van de musculus piriformis loopt vaak samen met de pezen van de musculus gemellus superior, de musculus gemellus inferior en de musculus obturator internus naar de insertieplaats.
Vorm en locatie
De musculus piriformis is een platte spier, piramidevormig, die bijna parallel ligt met de musculus glutaeus medius. Hij ligt voor een gedeelte binnenin het bekken, tegen de achterkant, en voor een gedeelte aan de achterkant van het heupgewricht.
Functie
De musculus piriformis maakt deel uit van de laterale heuprotatoren, samen met de musculus quadratus femoris, de musculus gemellus inferior, de musculus gemellus superior, de musculus obturator externus en de musculus obturator internus. De musculus piriformis zorgt voor exorotatie van een gestrekt been en abductie van een gebogen been. Abductie van het gebogen been is belangrijk bij het lopen, omdat het lichaamsgewicht van het gebogen been opgevangen wordt door het andere been, waardoor we niet omvallen. Bij balletdansers is vooral ook de exorotatie van de musculus piriformis van belang, waardoor de uitgedraaide balletposities kunnen worden aangenomen.
Variaties
In sommige gevallen wordt de musculus piriformis doorkruist door (vezels van) de nervus ischiadicus. Er zijn verschillende mogelijkheden waarop dit kan gebeuren, meestal betreft het de nervus peronaeus communis die door de spier heen loopt. De musculus piriformis kan vervlochten zitten met de musculus glutaeus medius, vezels afgeven aan de musculus glutaeus minimus of vezels krijgen van de musculus gemellus superior. Ook kan hij op één of twee plaatsen vastzitten aan het heiligbeen, of ook aan het kapsel van het heupgewricht.
Piriformissyndroom
Het piriformissyndroom ontstaat als de musculus piriformis de nervus ischiadicus irriteert, die vlak langs of zelfs door de spier heen loopt. Het syndroom komt vaak voor bij (ballet)dansers, die hun musculus piriformis continu gebruiken bij het uitdraaien van hun heupen. Vooral een asymmetrische uitdraai is een risicofactor. Het syndroom zorgt voor pijn in de bil met uitstraling naar het been (ischias). Ook kunnen tintelingen of een doof gevoel voorkomen in het verzorgingsgebied van de nervus ischiadicus. De pijn wordt meestal erger door zitten, traplopen, stretchen en kniebuigingen te doen. Het syndroom wordt meestal gediagnosticeerd op basis van de symptomen en lichamelijk onderzoek. Soms wordt beeldvormend onderzoek ingezet om andere oorzaken van de klachten uit te sluiten. De behandeling van het piriformissyndroom bestaat uit stretchen en diepe massages van de musculus piriformis (en bij dansers: minder uitdraaien). Als dit niet helpt kan een injectie met corticosteroïden overwogen worden. Als laatste redmiddel wordt soms geopereerd.
Literatuurverwijzingen
|