Heiligbeen

Het heiligbeen[8] of os sacrum[9] is het grootste bot van de wervelkolom. Het is driehoekig van vorm, en bestaat uit vijf samengegroeide wervels (S1-5). Het ligt tussen de lendenwervels en het staartbeen. Door vier paar openingen komen zenuwen naar buiten. Het heiligbeen vormt een gewricht met het darmbeen. Dit gewricht is genoemd naar de Latijnse benamingen van beide botten (os sacrum en os ilium) en heet het SI-gewricht (sacro-iliacaal gewricht). In het SI-gewricht kunnen bewegingen om drie assen worden waargenomen: transversaal (nutatie en contranutatie), antero-posterieur (lateroflexie) en verticaal (rotatie).

Heiligbeen
Os sacrum
Bot
vooraanzicht
bekken met heiligbeen zichtbaar in het midden
Synoniemen
Latijnvertebra magna[1][2]

os magnum[3]
clonis[4]
ossa clunium[5]
os clunium[1]
os latum[1][3][5][6]
agit[3]
alagas[3]
alagiazi[3]
albagiazi[1]
alanis[3]
alavis[3]
halavis[3]
alhavim[3]
alhavis[3]
alhavius[3]
alhovius[3]
aluahim[3]
coccyx perforatus[3]
orrhopygion[3]
orrhopygium[3]
os amplum[3]
os saeri[3]
saeri[3]
osanium[3]
osanum[3]
spondiles alhavius[3]
spondiles alhovius[3]
subvertebratum[3]
subvertebrum[3]
os basilare[1]
os Alagas[1]
hieron osteon[1]
clunis[1]
subvertebra[1]
vetula[1]

Oudgrieksἱερόν ὀστοῦν[2][3]

ἱερός σπόνδυλος[3]
μέγας σπόνδυλος[6]
κλόνις[4]

Nederlandskruisbeen[7]
Naslagwerken
Gray's Anatomy24,106
MeSHA02.835.232.834.717
Dorlands/Elseviero_07/12598664
Portaal    Biologie

Naamgeving

De Latijnse naam os sacrum[9][10][11] is een vertaling van de Oudgriekse naam ἱερόν ὀστοῦν hierón ostoun.[2] Deze naam komt voor bij de Griekse arts Galenus.[2][12] Zowel os als ὀστέον betekenen been/bot en zowel sacrum als ἱερόν betekenen heilig.[12][13]

Het os sacrum wordt als grootste wervel bij de Oude Grieken ook μέγας σπόνδυλος mégas spóndulos[6] genoemd, van μέγας, groot[12] en σπόνδυλος, wervel.[12] In het Latijn komt overeenkomstig ook de naam vertebra magna[2] voor, van vertebra, wervel[13] en magna, groot.[13] De vervorming van μέγας σπόνδυλος naar ἱερόν ὀστέον kan verklaard worden uit het veelvoorkomende gebruik in het Oudgrieks om voor μέγας (groot) ook ἱερός (heilig) te gebruiken'.[6] Een andere bron[14] verklaart ἱερόν echter vanuit het oude geloof dat dit bot onverwoestbaar zou zijn.

Naast bovengenoemde begrippen kwam men bij de Oude Grieken het begrip κλόνις klonis[4][12] voor het heiligbeen tegen, in de anatomisch-Latijnse variant als clonis.[4] Dit is onder andere terug te vinden bij de Griekse dichter Antimachus.[12] Dit begrip is verwant aan het Latijnse clunes[4][12] (billen)[13]. In het Latijn wordt het/de heiligbeen(deren) ook ossa clunium[5] (ossa, beenderen en clunium, van de billen)[13] genoemd. Daarnaast wordt dit aan de bovenkant brede bot[14] ook het os latum[5][6] genoemd, van latum, breed.[13]

This article is issued from Wikipedia. The text is licensed under Creative Commons - Attribution - Sharealike. Additional terms may apply for the media files.