Matthias Platzeck

Matthias Platzeck (Potsdam, 29 december 1953) is een Duits politicus van de Sozialdemokratische Partei Deutschlands (SPD). Van 2002 tot 2013 was hij minister-president van de deelstaat Brandenburg. Tevens was hij van 15 november 2005 tot 10 april 2006 voorzitter van de SPD.

V.l.n.r.: Matthias Platzeck, Jens Bullerjahn en Holger Hövelmann in Halle.

Korte samenvatting

  • 1953: Geboren in Potsdam
  • 1972: Abitur in Kleinmachnow
  • 1972-1974: Dienstplicht in de NVA
  • 1974-1979: Studie
  • 1979-1990: Beroepsactiviteiten in de medische en milieu-sector
  • 1988-1990: Activist in verschillende initiatieven rond het in elkaar vallen van de DDR
  • 1990-1990: Minister zonder portefeuille in het DDR-Kabinet Modrow
  • 1990-1990: Lid van de Volkskammer voor Bündnis 90
  • 1990-1998: Minister voor milieu in de Brandenburgse deelstaatregering
  • 1995-heden: Lid van de SPD
  • 1998-2002: Burgemeester van de stad Potsdam
  • 2000-2013: Landsvoorzitter van de SPD Brandenburg
  • 2002-2013: Minister-president van Brandenburg
  • 2005-2006: Nationaal voorzitter van de SPD

Familie, opleiding, beroep

Matthias Platzeck werd op 29 december 1953 als zoon van een arts en medisch-technische assistente in Potsdam, in de toenmalige Duitse Democratische Republiek (DDR), geboren.

Nadat hij de lagere school in Potsdam gelopen heeft (1960 tot 1966) volgde hij het gymnasium in Kleinmachnow, waar hij zijn Abitur in 1972 behaalde.

In de jaren 1972/1974 vervulde hij zijn militaire dienstplicht in het leger van de DDR, de Nationale Volksarmee (NVA)

Van 1974 tot 1979 aan studeerde hij aan de afdeling Technische en Biomedische Cybernetica van de Technischen Hochschule Ilmenau. Zijn studies worden met het diploma 'Elektrotechnicus, specialisatie Technische Cybernetica en Automatisieringstechniek afgesloten.

In de jaren 1979/80 was Matthias Platzeck wetenschappelijk medewerker in de afdeling luchthygiëne van het 'Bezirkshygieneinstitut' van Chemnitz, dat toen nog Karl-Marx-Stadt heette. In 1980 werd hij directeur voor economie en techniek in het districtsziekenhuis van Bad Freienwalde aan de Oder. Van 1982 tot 1990 was hij hoofd van de afdeling 'Umwelthygiene' bij de Hygiëne-inspectie van Potsdam. In parallel volgde hij van 1982 tot 1987 verschillende voortgezette cursussen op het gebied van milieuhygiëne aan de Berlijnse academie voor medische bijscholing.

Van 1978 tot 1984 was hij met Ute Bankwitz, een gemeentelijke politica uit Potsdam, gehuwd. Uit het huwelijk sproten 3 dochters: de in 1978 geboren tweelingen Katharina en Erika en de in 1980 geboren Maria.

Politiek

Acteur in de Duitse omwenteling

Reeds langere tijd lid van de LDPD, behoorde Platzeck in april 1988 tot de medeoprichter van de "Arbeitgemeinschaft Pfingstberg" en van het Potsdamse burger-initiatief "Arbeitsgemeinschaft für Umweltschutz und Stadtgestaltung" (ARGUS). Dit laatste initiatief behoorde in november 1989 mede tot de oprichters van de Grüne Liga. Platzeck werd in het bestuur van de liga afgevaardigd, en trad er als spreker op. Van december 1989 tot februari 1990 was hij een van de vertegenwoordigers van de Grüne Liga bij de onderhandelingen van de "Zentraler Runden Tisch der DDR" in Berlijn. Van februari tot april 1990 was hij voor de Grüne Partei minister zonder portefeuille in het kabinet van minister-president Hans Modrow van de Sozialistische Einheitspartei Deutschlands (SED). Voor de Grüne Liga zat Klaus Schlüter in de Modrow-regering.

In maart 1990 werd hij als onafhankelijk kandidaat op de lijst van de Grüne Partei in de eerste vrij verkozen Volkskammer van de DDR gekozen. Hier werd hij de parlementaire zaakvoerder ven de gemeenschappelijke fractie van Bündnis 90 en Groenen. Van 3 oktober 1990, de dag der Duitse hereniging, tot aan constituerende zitting van de eerste verkozen bondsdag van het herenigde Duitsland in december 1990, was hij een van de 144 afgevaardigden van de Volkskammer die in de bondsdag afgevaardigd werden.

Minister in de Brandenburgse regering

Op 14 oktober 1990 werd Platzeck via de landslijst van Bündnis 90 in de Brandenburgse deelstaatparlement (Landtag) gekozen. Op 22 november 1990 werd Platzeck door Manfred Stolpe, toenmalig minister-president van een coalitie bestaande uit SPD, FDP en Bündnis 90 tot minister voor milieu, natuurbescherming en ruimtelijke ordening in de Brandenburgse deelstaatregering benoemd.

In september 1992 legde hij zijn landsdagsmandaat neer, maar behield toch als minister zijn stemrecht in de fractie tot de breuk van de coalitie SPD-FDP-Bündnis 90 op 22 maart 1994. Er was heibel ontstaan naar aanleiding van het bekend worden van een bepaalde vorm van samenwerking tussen minister-president Stolpe en de Stasi (Staatssicherheit) ten tijde van het DDR-regime. Platzeck kwam dienaangaande in conflict met de fractievoorzitter van Bündnis 90, Günter Nooke. Hij trad uit de fractie en uit de partij, en kon zo, als partijloze, zijn ministerpost behouden. Van 27 november 1991 tot 12 oktober 1994 was Platzeck een van de vertegenwoordigers van de Brandenburgse regering in de bondsraad.

Nadat de lijsten-verbinding Bündnis 90 in 1991 tot een partij omgevormd werd behoorde Platzeck tot 1993 tot het bestuur van de nieuwe partij. In 1993 werden Bündnis 90 en de groene partij Die Grünen samengesmolten. Platzeck ondersteunde dit niet en sloot zich niet bij de nieuwe partij "Bündnis 90/Die Grünen" aan. Niettegenstaande dit vaak zo vermeld wordt was Platzeck nooit lid van de Groenen.

Na de landsdagsverkiezingen van 1994, die de SPD een absolute meerderheid in het deelstaatparlement bezorgden, behield minister-president Stolpe hem toch als minister voor milieu in de SPD-regering. In deze functie droeg Platzeck wezenlijk bij dat ongeveer 40% van de oppervlakte van de deelstaat Brandenburg uit beschermd natuurgebied of landschap bestaat, evenals tot de creatie van het in september 1995 ingehuldigde Duits-Pools "Nationalpark Unteres Odertal". Hij behield deze post tot 3 november 2002, en was gedurende die periode plaatsvervangend lid van de bondsraad.

Nationale bekendheid verkreeg Platzeck, toen hij tijdens de overstromingen van de Oder in 1997 dagelijks als crisismanager op de zandzakken stond, wat hem de toenaam "Deichgraf" bezorgde.

Burgemeester van Potsdam

In 1998 weigerde Platzeck een hem door toenmalig bondskanselier Gerhard Schröder aangeboden ministerpost aan te nemen. Nadat in mei van de jaar de burgemeester van Potsdam, Horst Gramlich (SPD) wegens verwikkeling in een corruptieschandaal rond de schepen voor openbare werken Detlef Kaminski via een volksbevraging en referendum tot ontslag gedwongen werd, stelde Matthias Platzeck zich kandidaat voor het ambt. Het doel was te verhinderen dat de kandidaat van de Partei des Demokratischen Sozialismus (PDS: de vroegere Oost-Duitse eenheidpartij) de verkiezing zou winnen. Op 27 september won hij de tweede ronde van de verkiezingen met 63,5% van de stemmen. Op 3 november legde hij zijn ministerambt neer, en werd op 4 november tot burgemeester van Potsdam benoemd, functie die hij tot 26 juni 2002 waarnam.

Minister-president van Brandenburg

Toen minister-president Manfred Stolpe verrassend ontslag nam in de zomer 2002, nam Platzeck het ambt over. Op 26 juni 2002 werd hij als minister-president van de regerende grote coalitie verkozen.

Ook bij de overstromingen van de Elbe in de zomer 2002 liet Platzeck zich weer opvallen als crisis-manager, en groeide uit tot een van de meest populaire politici van het voormalige Oost-Duitsland.

Bij de verkiezingen voor de landsdag van 19 september 2004 kon hij het mandaat in zijn district winnen, en keerde zo terug in het deelstaatparlement. De meeste waarnemers gaan ervan uit dat zijn optreden tijdens de verkiezingsstrijd, samen met zijn regionale populariteit als 'Deichgraf' er substantieel toe bijdroegen dat de SPD in Brandenburg de grootste partij bleef, en dat hij als minister-president de SPD-CDU-coalitie voor de volgende vijf jaar kon verder leiden. De door Platzeck en Schönbohm (CDU) geleide regering heeft nog steeds voornamelijk met de hoge schuld van het land en met een stilstand, zelfs teruggang van de economische activiteit, gepaard gaande met een hoge werkloosheid, te kampen.

Als minister-president werd Matthias Platzeck weer lid van de bondsraad. Volgens een vastgelegde beurtrol werd hij op 1 november 2003 tweede vicepresident van de raad, van 1 november 2004 tot 31 oktober 2005 bondsraadspresident.

Partij

Nadat Platzeck lange tijd lid geweest is van de Liberaldemokratische Partei Deutschlands (LDPD), en tijdens het Duitse herenigingsproces mee aan de wieg van Bündnis 90 stond, ageerde hij een tijd als partijloze.

Pas op 6 juni 1995 werd hij, volgens eigen zeggen na lang aarzelen, lid van de SPD. Hij noemt zichzelf "een sociaaldemocraat met een later roeping".

In juni 1998 werd hij in het bestuur van de Brandenburgse SPD verkozen, waarvan hij op 8 juli 2000 tot landsvoorzitter verkozen werd. In het nationale bestuur van de SPD zit hij sinds 8 december 1999.

Op 20 juni 2005 nam Matthias Platzeck van Manfred Stolpe het voorzitterschap van het "Forum Ostdeutschland der Sozialdemokratie e.V." over.

Bij de nationale coalitieonderhandelingen van de verkiezingen van 18 september 2005 kreeg Platzeck de post van minister van buitenlandse zaken in de bondsregering aangeboden. Ook dit keer sloeg hij deze aanbieding af.

Matthias Platzeck op de nationale partijdag in Karlsruhe op 15 november 2005.

Nadat nationaal SPD-voorzitter Franz Müntefering op 31 oktober 2005, naar aanleiding van aan nederlaag die hij in het nationale partijbestuur leed, verklaarde geen kandidaat voor een volgende termijn meer te zijn, werd Platzeck, samen met minister-president Kurt Beck van Rijnland-Palts, onmiddellijk als een potentiële opvolger vernoemd. Daar Beck zich op de landsdag-verkiezingen 2006 in zijn deelstaat zich wilde concentreren kwam er vlug overeenstemming over Müntefering opvolging. Matthias Platzeck, die tot dan toe alle nationale posten geweigerd had, verklaarde zich, na een vier-ogengesprek met Beck en een crisis-zitting van het partijbestuur, op de avond van 1 november 2005 bereid zijn kandidatuur te stellen. Formeel werd hij door het SPD-presidium op 3 november voorgedragen. Op 15 november 2005 werd Platzeck met 512 van de 515 geldig afgegeven stemmen (2 tegenstemmen en 1 onthouding) of met 99,4% door de nationale partijdag in Karlsruhe gekozen. Dit was het op een na beste resultaat dat een voorzitter ooit haalde: alleen Kurt Schumacher kreeg bij zijn verkiezing een beter resultaat: 244 van de 245 stemmen (99.6%).

Einde maart 2006 kreeg Platzeck een ernstige stoornis van de hoorfunctie, en moest in medische behandeling. Op 10 april nam hij om gezondheidsredenen onstlag als partijvoorzitter. Kurt Beck nam de functie plaatsvervangend over.

Op 29 juli 2013 kondigde Platzeck om gezondheidsredenen zijn aftreden aan met ingang van 28 augustus 2013. Dietmar Woidke is zijn opvolger.

Stemmen over Platzeck

Politieke journalisten noemen bezonnenheid, rust en zakelijkheid als de kenmerken van Platzecks stijl. Dat schijnt ook het succes-recept te zijn voor de Brandenburgse regering, waar hij met de CDU-topman en minister van binnenlandse zaken Jörg Schönbohm zeker niet een eenvoudige tegenspeler aan de kabinetstafel heeft zitten. Maar juist dit wordt door waarnemers als waarschijnlijk een van zijn grote troeven gezien: zijn langjarige ervaring met een grote coalitie en in de omgang met politici van de Union kon hij als SPD-Chef meebrengen in de onderhandelingen rond de grote coalitie op bondsniveau, en in de uitvoering van het regeringsplan.

This article is issued from Wikipedia. The text is licensed under Creative Commons - Attribution - Sharealike. Additional terms may apply for the media files.