Leningradfront

Het Leningradfront (Russisch: Ленинградский фронт) was een onderdeel van het Rode Leger tijdens de Tweede Wereldoorlog. Een front in het Rode Leger was een verzameling van legers en het was vergelijkbaar met een Duitse legergroep. Vanaf zijn oprichting in 1941 tot begin 1944 bleef het operatiegebied van dit front beperkt tot Leningrad. Aanvankelijk bestond het front slechts uit vier legers, namelijke het 8e Leger, het 23e Leger, het 42e Leger en het 55e Leger. Pas na het doorbreken van het beleg werd het Leningradfront uitgebreid met andere legers.

Leningradfront
Positie van het Leningradfront
Oprichting27 augustus 1941
Ontbinding24 juni 1945
LandSovjet-Unie
Krijgsmacht-
onderdeel
Rode Leger
TypeLegergroep
VeldslagenOperatie Barbarossa
Beleg van Leningrad
Leningrad-Novgorodoffensief
Slag om Koerland
CommandantenLuitenant-Generaal Markian Popov
Generaal Georgi Zjoekov

In tegenstelling tot westerse legergroepen maakten bij de Sovjets ook de luchtstrijdkrachten deel uit van het front. Ook de Baltische vloot viel onder het bevel van het Leningradfront.

Ontstaan

Op 21 augustus 1941 werd het Noordelijk Front gesplitst in twee nieuwe fronten. Terwijl het Leningradfront verantwoordelijk werd voor de verdediging van de stad, moest het Karelische Front het gebied ten noorden van het Ladogameer verdedigen. Aanvankelijk was de belangrijkste opdracht van het front de verdediging van de zuidelijke toegangswegen naar Leningrad. Op 21 augustus 1941 veroverden de Duitsers Tsjoedovo waardoor de spoorweg Moskou-Leningrad werd afgesneden. Op 30 augustus 1941 moest het Rode leger het spoorwegknooppunt Mga opgeven. Tegen begin september waren ze teruggedreven naar de heuvels ten zuiden van de stad en hielden ze nog een enclave in Oranienbaum in handen. Op 8 september 1941 bereikten de troepen van het 18e leger de oevers van het Ladogameer en was de laatste verbinding over land afgesneden. Het beleg van Leningrad was begonnen.

Beleg van Leningrad

In september 1941 werd generaal Georgi Zjoekov tot bevelhebber benoemd. Met harde hand reorganiseerde Georgi Zjoekov de verdediging van de stad. Soldaten en officieren, die zich zonder toestemming hadden teruggetrokken, werden terechtgesteld. Onbekwame officieren werden gedegradeerd of gearresteerd. De zuidelijke stadswijken werden ontruimd, de bevolking werd ondergebracht in arbeidersbataljons en de rantsoenering werd ingesteld. In de heuvels ten zuiden van de stad werd een uitgebreid netwerk van bunkers en loopgraven ingericht. Toen de Duitse aanval werd hervat, had generaal Zjoekov een sterke verdediging opgezet.

Moskou avenue in Leningrad

Op 15 september 1941 besliste Adolf Hitler dat de aanval op Moskou de hoogste prioriteit had, waarna de tanks van Pantsergroep 4 van Legergroep Noord naar het zuiden werden gestuurd. Zonder de steun van deze tanks liep de aanval van de legergroep vast op de hardnekkige verdediging. Na enkele vergeefse pogingen om de stad te bestormen, gaf Hitler bevel dat Legergroep Noord zich moest beperken tot het omsingelen en uithongeren van de stad.

De enige route waarlangs de stad en zijn verdedigers kon worden bevoorraad, was langs de spoorweg van Tikhivin naar Osonovits en dan via boten over het Ladogameer. Zodra het meer in de winter was bevroren, reden vrachtwagens over het ijs. Deze route stond bekend als de Weg des Leven.

Het Leningradfront ondernam verschillende pogingen om de blokkade van de stad te breken. Op 19 augustus 1942 begon het Sinyavinoffensief met als bedoeling een landcorridor ten zuiden van het Ladogameer te openen. Dit vlakke gebied bestond voornamelijk uit bossen en moerassen. De lage Sinyavinheuvels beheersten de omgeving en ze vormden het doel van het offensief. Enkele dagen later ging ook het Volkhovfront in de aanval. Het kwam onmiddellijk tot zware gevechten, want de Duitsers stonden op het punt om hun eigen offensief te lanceren. Hiervoor hadden ze het 11e leger naar Leningrad overgebracht. Slechts met grote moeite wisten de Duitsers de aanval af te slaan, maar ze waren teruggedreven naar de voet van de heuvels. Op 21 september 1941 gingen de Duitsers in de tegenaanval en ze heroverden het verloren gebied. Beide partijen leden zware verliezen, maar de belegering was niet gebroken. Op 15 oktober 1941 staakte het Leningradfront de aanval.

Leningradfront december 1943

In januari 1943 werd een nieuwe poging ondernomen. Gesteund door de Baltische vloot vielen het Leningradfront en het Volkhovfront opnieuw de posities van het 18e leger ten zuiden van het Ladogameer aan. Ze heroverden Sjlisselburg. Op 18 januari 1943 ontmoetten de beide fronten elkaar en ze wisten een landcorridor naar de belegerde stad te openen. Voedsel, munitie en brandstof werden nu ook over land aangevoerd. Deze verbindingsweg was echter slechts 8 kilometer breed en lag voortdurend onder Duitse artillerievuur. Gedurende de rest van het jaar ondernamen het Leningradfront en het Volkhovfront verschillende pogingen om de corridor naar het zuiden uit te breiden, met weinig resultaat en ten koste van zware verliezen.

Einde van het beleg

Op 14 januari 1944 lanceerden het Leningradfront en het Volkhovfront het Leningrad-Novgorodoffensief. Tegen 26 januari 1944 was het Duitse 18e leger meer dan 100 kilometer teruggedreven. Leningrad was nu buiten bereik van de Duitse artillerie en het beleg van de stad was ten einde. De generaals van het Leningradfront hadden echter nog niet de ervaring met offensieve operaties die hun collega’s in het zuiden hadden opgebouwd en daardoor kon het Duitse leger aan de geplande omsingeling ontsnappen. Ze trokken zich terug naar de zogenaamde Panterlinie. Het Leningradfront probeerde vruchteloos de Duitse verdediging bij Narva te doorbreken, maar de Duitse verdediging hield stand tegen de overmacht. Pas na verschillende maanden van zware gevechten wisten de Sovjetlegers een doorbraak te forceren. De strijd bij Narva duurde tot juli 1944.

Toen duidelijk werd dat de Duitsers standhielden bij Narva, kreeg maarschalk Leonid Govorov het bevel om het Leningradfront te reorganiseren. Op 18 april 1944 werden vier legers van de zuidvleugel van het Leningradfront samengevoegd tot een zelfstandig front, namelijk het 3e Baltische Front. Daarna kreeg hij opdracht om het Karelische Front te steunen bij de aanval op Finland. Op 10 juni 1944 gingen ze in de aanval op de landengte van Karelië. Ondanks het massale overwicht konden ze slechts met moeite de Finse linie doorbreken. Op 20 juni 1944 veroverden ze Vyborg en kwam het offensief tot stilstand. Hoewel het Finse leger niet was verslagen, bereikte het Rode leger het beoogde politieke doel. Finland begon met vredesonderhandelingen. Maarschalk Govorov richtte zijn aandacht terug naar het zuiden.

Na de doorbraak bij Narva verdreef het Leningradfront de Duitse legergroep Noord uit Estland en op 22 september 1944 viel Tallinn in handen van de Sovjets. Daarna landden eenheden van het Leningradfront op de Baltische Eilanden. Dit was de laatste offensieve operatie van het front. Na de bezetting van de Baltische eilanden werden de sterkste eenheden ondergebracht bij het 2e Baltische Front. De rest van het front fungeerde als bezettingsmacht voor de Baltische staten en als ondersteuning van het 1e en 2e Baltische Front bij de gevechten in Koerland.

Op 24 juni 1945 werd het Leningradfront omgevormd tot het Militaire District Leningrad.

Commandanten

CommandantenBegindatumEinddatum
Luitenant-generaal Markian Popovaugustus 1941september 1941
Maarschalk Kliment Vorosjilovseptember 1941september 1941
Generaal Georgi Zjoekovseptember 1941oktober 1941
Luitenant-generaal Ivan Fedjoeninskioktober 1941oktober 1941
Majoor-generaal Mihail Chozinoktober 1941juni 1942
Maarschalk Leonid Govorovjuni 1942juli 1945

Sterkte en verliezen

DatumOperatieSterkteVerliezen
Aug. 1941 – dec. 1941Beleg van Leningrad515 373329 530
Jan. 1942 – dec. 1942Beleg van Leningrad415 485319 384
Jan. 1943 – dec. 1943Beleg van Leningrad514 163390 764
Jan. 1944 – mrt. 1944Leningrad-Novgorod offensief417 600227 440
Sep. 1944 – nov. 1944Baltisch offensief195 00028 776
Okt. 1944 – okt. 1944Beleg van Koerland113 20018 435
This article is issued from Wikipedia. The text is licensed under Creative Commons - Attribution - Sharealike. Additional terms may apply for the media files.