Koren (graan)

Koren is een algemene term voor graan dat voor voedsel wordt verbouwd.[1] Afhankelijk van de regio gaat het meestal om tarwe, rogge of gerst. De bloeiwijze bij koren is meestal een aar, ook wel korenaar genoemd. Boekweit (Fagopyrum esculentum) behoort niet tot de grassenfamilie en is dus geen koren of graan. Haver (Avena sativa) behoort echter wel tot de grassenfamilie, maar wordt niet beschouwd als koren.

Tarwe

Graan werd voorheen bij de oogst op het veld vaak opgebonden in korenschoven, een in de Bijbel veelgebruikt begrip.

Een korenhalm is de stengel van deze koren.

Spreekwoorden

  • Zijn koren groen eten: alles snel opdoen (opmaken) en niets opsparen (van de hand in de tand leven).[2]
  • Dat is koren op zijn molen: dat komt hem handig uit.[3]
  • Er is geen koren zonder kaf: niets is zonder gebreken (Cf. Het kaf van het koren scheiden).[4]

Citaat

  • Ik kan beter tegen het sap van de dochter van de korenaar, dan tegen het bloed van de druiventros.: ik drink liever bier dan wijn.[5]
This article is issued from Wikipedia. The text is licensed under Creative Commons - Attribution - Sharealike. Additional terms may apply for the media files.