Kandidaats
De kandidaatsbul of kortweg het kandidaats (in Nederland soms kortweg kantjes genoemd, in Vlaanderen kandidaatsdiploma of kandidatuur) is een universitair diploma dat de universiteit aan studenten uitreikt die met goed gevolg het kandidaatsexamen hebben afgelegd. Na het behalen van de bul is men gerechtigd tot het voeren van de academische titel candidatus (afgekort cand.) of kandidaat (kand.). Dit is de laagste academische graad die kan worden behaald.
Het kandidaatsexamen vindt plaats nadat de student een aanzienlijk en vooraf vastgelegd deel van zijn opleiding heeft voltooid; bij een vijfjarige of langere opleiding gewoonlijk na voltooiing van het derde jaar. Studenten aan een vierjarige opleiding krijgen de bul aan het einde van hun tweede, of gedurende hun derde jaar, afhankelijk van de door de instelling opgestelde criteria.
Nederland
Het kandidaats werd in Nederland uitgefaseerd met de invoering van de tweefasenstructuur, vanaf 1982. Volgens Van Dale werd het kandidaats in Nederland gehanteerd tot 1989. Vaak kon men vijfjarige universitaire studies tussendoor na drie jaar (in Vlaanderen na twee jaar) afsluiten met een kandidaatsexamen en verkreeg men de titel kandidaat of candidaat (afgekort cand.), die men achter de naam kon voeren. Personen die een studie theologie hebben afgerond en vervolgens ook het zogenaamde 'kerkelijk examen' hebben afgelegd, worden ook aangeduid met kandidaat. De kandidaat kan vervolgens een aanvraag indienen om beroepbaar gesteld te worden voor het ambt van predikant.
Actualiteit
Tegenwoordig wordt in zowel Nederland als Vlaanderen op een soortgelijk breekpunt (na 3 van de 4/5 jaar) in de universitaire opleiding het bachelordiploma (BA of BSc) uitgereikt.[1]
| Bronnen, noten en/of referenties |