Edward Heath

Edward Richard George (Ted) Heath (Broadstairs, Engeland, 9 juli 1916Salisbury, Engeland, 17 juli 2005) was een Brits politicus van de Conservative Party en premier van het Verenigd Koninkrijk van 1970 tot 1974.

Sir
Edward Heath
Edward Richard George Heath
Geboren9 juli 1916
Broadstairs, Engeland
 Verenigd Koninkrijk
Overleden17 juli 2005
Salisbury, Engeland
 Verenigd Koninkrijk
Politieke partijConservative Party
BeroepPoliticus
Ambtenaar
Econoom
Journalist
Muzikant
Militair (Luitenant-kolonel)
ReligieAnglicaanse
Premier van het Verenigd Koninkrijk
Aangetreden19 juni 1970
Einde termijn4 maart 1974
MonarchElizabeth II
VoorgangerHarold Wilson
OpvolgerHarold Wilson
Partijleider van de
Conservative Party
Aangetreden27 juli 1965
Einde termijn11 februari 1975
VoorgangerAlec Douglas-Home
OpvolgerMargaret Thatcher
Oppositieleider in het Lagerhuis
Aangetreden4 maart 1974
Einde termijn11 februari 1975
VoorgangerHarold Wilson
OpvolgerMargaret Thatcher
Aangetreden27 juli 1965
Einde termijn19 juni 1970
VoorgangerAlec Douglas-Home
OpvolgerHarold Wilson
Minister van Economische Zaken
Aangetreden19 oktober 1963
Einde termijn16 oktober 1964
PremierAlec Douglas-Home
VoorgangerFrederick Erroll
OpvolgerGeorge Brown
Lord Privy Seal
Aangetreden27 juli 1960
Einde termijn19 oktober 1963
PremierHarold Macmillan
VoorgangerQuintin Hogg
OpvolgerSelwyn Lloyd
Minister van Arbeid
Aangetreden14 oktober 1959
Einde termijn27 juli 1960
PremierHarold Macmillan
VoorgangerIain Macleod
OpvolgerJohn Hare
Onderstaatssecretaris
voor Financiën
Aangetreden5 april 1955
Einde termijn14 juni 1959
PremierAnthony Eden
(1955–1957)
Harold Macmillan
(1957–1959)
VoorgangerPatrick Buchan-Hepburn
OpvolgerMartin Redmayne
Portaal    Politiek
Edward Heath
Nestor van het Lagerhuis
Aangetreden9 april 1992
Einde termijn7 juni 2001
VoorgangerBernard Braine
OpvolgerTam Dalyell
Lid van het Lagerhuis
voor Old Bexley en Sidcup
Aangetreden9 juni 1983
Einde termijn7 juni 2001
VoorgangerZichzelf
OpvolgerDerek Conway
Lid van het Lagerhuis
voor Sidcup
Aangetreden20 september 1974
Einde termijn9 juni 1983
VoorgangerZichzelf
OpvolgerZichzelf
Lid van het Lagerhuis
voor Bexley
Aangetreden23 februari 1950
Einde termijn20 september 1974
VoorgangerAshley Bramall
OpvolgerZichzelf
Portaal    Politiek

Levensloop

Heath was zoon van een timmerman en een dienstmeisje. Hij kon zijn droom, organist worden, niet verwezenlijken omdat hij uitlootte voor een studiebeurs. Wel kon hij economie en politieke wetenschappen studeren aan de Universiteit van Oxford. Hij diende in de strijdkrachten tijdens de Tweede Wereldoorlog en werd vervolgens journalist.

In 1950 werd hij verkozen als lid van het Lagerhuis voor Bexley, waarvan hij 51 jaar lid zou blijven. Ook diende hij meerdere keren in het kabinet, van 1955 tot 1959 was hij onderstaatssecretaris voor Financiën en van 1959 tot 1960 minister van Arbeid. Van 1960 tot 1963 was hij Lord Privy Seal en van 1963 tot 1964 minister van Economische Zaken. Van 1965 tot 1975 was hij de eerste niet-aristocratische leider van de Conservative Party.

Hij won de algemene verkiezingen van 1970 en vormde een regering. In zijn regeringsperiode escaleerden de 'Troebelen' in Noord-Ierland. In de buitenlandse politiek legde hij diplomatiek contact met de Volksrepubliek China en had een goede verstandhouding met de Franse president Georges Pompidou. Hij was pro-Europees. In 1973 boekte hij zijn grootste politieke succes, toen Groot-Brittannië onder zijn leiding lid werd van de EEG. Hij verloor de verkiezingen van februari 1974, waarbij een zeven weken durende mijnwerkersstaking een belangrijke rol speelde. Het was een krappe nederlaag; de Conservatieven hadden de meeste stemmen, maar Labour had meer zetels in het Lagerhuis, wat nu eenmaal mogelijk is in het Britse kiesstelsel. Labour had echter geen meerderheid in het Lagerhuis, zodat er een minderheidskabinet gevormd moest worden. Coalities zijn namelijk ongebruikelijk in de Britse politiek. Eerst probeerde Heath met de Liberalen een akkoord te sluiten, maar uiteindelijk gaven die de voorkeur aan Labour, zodat de Conservatieven in de oppositie belandden.

Op 4 maart 1974 maakte Heath plaats voor de socialist Harold Wilson als premier. Als partijleider werd Heath uitgedaagd en verslagen door Margaret Thatcher. Zijn persoonlijke verstandhouding met Thatcher is sindsdien verstoord gebleven. Hij koesterde nog de hoop in haar regering minister van buitenlandse zaken te worden, maar hij kreeg slechts het aanbod om ambassadeur in Amerika te worden, wat hij afwees. Hij heeft Thatcher regelmatig publiekelijk bekritiseerd, vooral inzake haar euroscepsis.

Tot 2001 was hij nog lid van het Britse lagerhuis voor het Londense kiesdistrict Old Bexley and Sidcup, waar hij al in 1950 voor het eerst was gekozen. Op 24 april 1992 werd hij ridder in de Orde van de Kousenband. Hij mocht zich sindsdien sir noemen. Edward Heath was in zijn vrije tijd een niet onverdienstelijke dirigent en een succesvol zeiler. Hij is zijn leven lang vrijgezel gebleven.

Heath overleed op 17 juli 2005 op 89-jarige leeftijd. Hij was op dat moment de oudst-levende voormalig premier.

Postume beschuldigingen van seksueel misbruik

Tien jaar na Heaths dood doken beschuldigingen jegens Heath op van seksueel misbruik, dat zou hebben plaatsgevonden tussen 1956 en 1992. De Britse politie onderzocht de aanklachten van veertig personen en concludeerde dat van zeven personen de beschuldigingen ernstig genoeg waren geweest om Heath te ondervragen, als hij nog in leven was geweest. Onder deze zeven personen is een man die beweerde als elfjarige schandknaap door Heath misbruikt te zijn.[1]

Deze man werd in augustus 2019 tot 18 jaar cel veroordeeld vanwege “misbruik van recht, fraude, voyeurisme en het bezit van kinderpornografische materiaal.[2] Na een anderhalf miljoen pond kostend politieonderzoek constateerde de politie in maart 2017 dat er geen bewijs was gevonden voor de beschuldigingen tegen Heath.

Zie de categorie Edward Heath van Wikimedia Commons voor mediabestanden over dit onderwerp.
Voorganger:
Patrick Buchan-Hepburn
Onderstaatssecretaris
voor Financiën

1955–1959
Opvolger:
Martin Redmayne
Voorganger:
Iain Macleod
Minister van Arbeid
1959–1960
Opvolger:
John Hare
Voorganger:
Quintin Hogg
Lord Privy Seal
1960–1963
Opvolger:
Selwyn Lloyd
Voorganger:
Frederick Erroll
Minister van Economische Zaken
1963–1964
Opvolger:
George Brown
Voorganger:
Alec Douglas-Home
Partijleider van de
Conservative Party

1965–1975
Opvolger:
Margaret Thatcher
Voorganger:
Harold Wilson
Premier van het Verenigd Koninkrijk
Kabinet-Heath
1970–1974
Opvolger:
Harold Wilson
This article is issued from Wikipedia. The text is licensed under Creative Commons - Attribution - Sharealike. Additional terms may apply for the media files.