Bilstain

Bilstain, (Duits: Bilstein), is een dorp in de Belgische provincie Luik en een deelgemeente van het stadje Limbourg.

Bilstain
Deelgemeente in België

Situering
Gewest Wallonië
Provincie Luik
Gemeente Limburg
Coördinaten50° 37 NB, 5° 55 OL
Overig
Postcode4831
Detailkaart

Portaal    België
De Sint-Rochuskerk van Bilstain.

Toponymie

De naam Bilstain heeft een Oudnederlandse oorsprong. In 1125 werd ze voor het eerst schriftelijk vermeld als Bilisten, waarbij sten voor steen staat en bili voor gegroefd. Mogelijk betrof dit een rotspartij in het huidige Bois Saint-Jacques nabij het dorp, tegenwoordig Nez de Napoléon genoemd.

Geschiedenis

Het bos en een deel van het grondgebied van het dorp werd in 1125 aan de Sint-Jacobsabdij te Luik geschonken. Een ander deel behoorde toe aan wereldlijke heren, die hun zetel hadden in de donjon ten noorden van het dorp.

In 1145 bestond er te Bilstain reeds een kapel, gewijd aan Sint-Gertrudis en verbonden aan de Sint-Lambertusparochie van Goé. In 1460 kwam ze onder het dekanaat van Limbourg en in 1803 werd het een parochiekerk, gewijd aan Sint-Rochus. In 1649 werden de hoge heerlijke rechten uitgegeven door koning Filips IV van Spanje.

In het noordoosten bevindt zich het Staatsbos van Grunhaut, ooit rechtstreeks bezit van de Hertogen van Limburg.

De bezitsverhoudingen veranderden grondig omstreeks 1794, toen het ancien régime tot een einde kwam. Tot de opheffing van het hertogdom Limburg hoorde Bilstain tot de Limburgse hoogbank Baelen. Net als de rest van het hertogdom werd Bilstain bij de annexatie van de Zuidelijke Nederlanden door de Franse Republiek in 1795 opgenomen in het toen gevormde Ourthedepartement. In 1813 kwam het bij de Verenigde Nederlanden en in 1830 werd het Belgisch.

Bilstain werd in de Franse tijd een zelfstandige gemeente, die echter in 1977 opging in de fusiegemeente Limbourg.

De nabijheid van de stad Limbourg, hoofdplaats van het Hertogdom Limburg, leidde tot veel verwoestingen door rondtrekkende troepen. Ook tijdens de Tweede Wereldoorlog, zowel bij de bezitting in 1940 als de bevrijding in 1944, werden vele verwoestingen aangericht.

Bilstain was van nature een landbouwdorp, doch door de schapenhouderij ontwikkelde zich ook de lakennijverheid. Aanvankelijk was er thuisarbeid van spinners en wevers en mogelijk ook de teelt van distels voor het kaarden van wol, welke werden verhandeld op de markt van Dolhain en een belangrijke aanvulling op het karige inkomen van de plaatselijke bevolking vormden.

Bezienswaardigheden

Natuur en landschap

Bilstain wordt verdeeld in Bilstain-Haut en Bilstein Bas. Het hoge deel ligt in het Land van Herve, op een hoogte van 275 meter en bestaat uit de kern en een aantal buurtschappen. Het lage deel ligt in en nabij het dal van de Vesder op een hoogte van ongeveer 210 meter. Ten westen van Bilstain loopt de Ruisseau des Queues, welke ten zuiden van de kern in de Vesder uitmondt. Het dal van de Ruisseau des Queues en haar zijriviertjes is bosrijk. Ook in het noorden is er bos, namelijk het Staatsbos van Grunhaut. Het overige landschap bestaat voornamelijk uit weilanden.

Zie de categorie Bilstain van Wikimedia Commons voor mediabestanden over dit onderwerp.

This article is issued from Wikipedia. The text is licensed under Creative Commons - Attribution - Sharealike. Additional terms may apply for the media files.