Alexandre Kojève

Alexander Kojève (Russisch: Александр Владимирович Кожевников; Aleksandr Vladimirovitsj Kozjevnikov) (Sint-Petersburg, 28 april 1902 - Brussel, 4 juni 1968) was een Russisch-Frans politiek filosoof en ambtenaar.

Foto van de grafzerk van Alexander Kojève op de begraafplaats in Evere in Brussel.

Zijn filosofische seminars in de jaren dertig over Hegel hadden een grote invloed op de twintigste-eeuwse Franse filosofie, met name door zijn integratie van de hegeliaanse concepten in de continentale filosofie. Als ambtenaar in de Franse regering speelde hij een belangrijke rol in de creatie van de Europese Gemeenschap. Kojève was een goede vriend van Leo Strauss met wie zijn hele leven een filosofische dialoog onderhield.

Leven

Kojève werd in Rusland binnen een rijke en invloedrijke familie geboren. Zijn oom was de abstracte kunstenaar Wassily Kandinsky. Over diens werk zou hij in 1936 een invloedrijk essay schrijven. Hij studeerde in Berlijn en Heidelberg. Hij schreef zijn proefschrift onder leiding van Karl Jaspers. Het onderwerp was de visie van de Russische religieuze filosoof Vladimir Solovjovs over de eenheid van God en de Mens in Christus. Vroege invloeden op zijn ontwikkeling waren de filosoof Martin Heidegger en de wetenschapshistoricus Alexandre Koyré. Kojève bracht het grootste deel van zijn leven in Frankrijk door. In de jaren 1933-1939 gaf hij in Parijs een serie invloedrijke colleges over Hegels werk Fenomenologie van de geest. Na de Tweede Wereldoorlog werkte Kojève bij het Franse Ministerie van Economische Zaken als een van de belangrijkste planners van de Europese Economische Gemeenschap. Hij ligt begraven in de Brusselse deelgemeente Evere.

Kojève was een buitengewoon geleerd man. Als polyglot studeerde en gebruikte hij Sanskriet, Chinees, Tibetaans, Latijn en klassiek Grieks, maar ook sprak hij vloeiend Frans, Duits, Russisch en Engels.[1]

Kojève overleed in 1968 in Brussel, kort nadat hij daar namens de Franse regering in de burelen van de Europese Economische Gemeenschap (nu Europese Unie) een voordracht had gegeven. In zijn latere jaren had hij herhaaldelijk het standpunt uitgedragen dat wat in de tijd van Marx en daarna bekendstond als een Europees proletariaat, niet meer bestond. Het rijke Westen moest nu dringend ontwikkelingslanden helpen om daar de wijdverspreide armoede te overwinnen door grote geldbedragen te geven (op gelijksoortige wijze als het Marshallplan vlak na de oorlog).

Werk

Hij was een origineel interpretator van de filosofie van Hegel. Aan de hand van een meester-slaaf dialectiek probeert hij het verloop van de geschiedenis te verklaren. Hij had een aanzienlijke invloed op het naoorlogse Franse politieke denken. Zijn meeslepende collèges hebben hier ongetwijfeld aan bijgedragen. Deze gaf hij van september 1933 tot mei 1939 aan de Parijse École Pratique des Hautes Études. Zij werden gevolgd door vele studenten die na de oorlog met hun eigen denkbeelden furore zouden maken: Maurice Merleau-Ponty, Raymond Aron, Georges Bataille, Jacques Lacan, Raymond Queneau en André Breton.

Hoewel hij geen marxist was,[2] stond Kojève bekend door zijn invloedrijke en eigenzinnig interpretatie van Hegel door de lens van het werk van zowel Marx als Heidegger. De bekende "Einde van de geschiedenis"-these promootte het idee dat de ideologische geschiedenis in gelimiteerde zin was geëindigd met de Franse Revolutie en het bewind van de Napoleon. Er bestond niet langer behoefte aan een gewelddadige strijd om de "rationele suprematie van een regime van rechten en gelijke erkenning" te grondvesten. Kojèves "Einde van de geschiedenis"-these is genuanceerder dan de these van Francis Fukuyama met dezelfde naam. De these van Kojève wijst meer naar een socialistisch-kapitalistische synthese als eindpunt van de menselijke socio-culturele evolutie dan naar een triomf van het liberaal kapitalisme.[3][4]

Leo Strauss zag in Kojève zijn belangrijkste filosofische tegenstrever en stuurde zijn studenten (waaronder Allan Bloom) geregeld naar Parijs om Kojèves colleges te volgen.

Voetnoten

  1. (en) Frost, B.P. (2011). Alexandre Kojeve: Wisdom at the end of history [Boekreview]. Society, 48, 192-194. zie hier[dode link]
  2. Kolakowski, Leszek. Main Currents of Marxism. vertaald door P.S. Falla. New York en Londen: W.W. Norton and Company, 2005. ISBN 0-393-06054-3. blz. 929
  3. (fr) Kojève, Alexandre (Spring 1980) . "Capitalisme et socialisme: Marx est Dieu; Ford est son prophète." ("Capitalism and socialism : Marx is God; Ford is his prophet"). Commentaire 9 .
  4. Howse, Robert, Kojeve's Latin Empire (2004).. "De "Einde van de geschiedenis"-these als zodanig lost de spanning niet op binnen het idee van gelijkheid - het ideaal van gelijke erkenning dat rationeel de overwinnaar met het "Einde van de geschiedenis" belichaamt elementen van marktrechtvaardigheid, gelijke kansen, en de "gelijkwaardigheid" in economische transacties (de "bourgeois"-dimensie van de Franse Revolutie). De these bevat echter ook binnen zichzelf een socialistische of sociaal-democratische opvatting van gelijkheid van burgerlijke status, wat sociale regulering, sociale rechten en dergelijke impliceert."

Bibliografie

  • (nl) Luuk van Middelaar, Politicide: De moord op de politiek in de Franse filosofie 1999
  • (it) Marco Filoni, Il filosofo della domenica. La vita e il pensiero di Alexandre Kojève, Bollati Boringhieri, Torino 2008. ISBN 978-8-83391-856-3
This article is issued from Wikipedia. The text is licensed under Creative Commons - Attribution - Sharealike. Additional terms may apply for the media files.