zwemwater

Nederlands

Uitspraak
  • Geluid:  zwemwater    (hulp, bestand)
  • IPA:
    • (Noord-Nederland): /ˈzʋɛmʋatər/
    • (Vlaanderen, Brabant): /ˈzβ̞ɛmβ̞atər/
    • (Limburg): /ˈzwɛmwatər/
Woordafbreking
  • zwem·wa·ter
Woordherkomst en -opbouw
enkelvoud meervoud
naamwoord zwemwater zwemwaters
zwemwateren
verkleinwoord zwemwatertje zwemwatertjes

Zelfstandig naamwoord

zwemwater o

  1. een water dat geschikt is om in te zwemmen
    • De kwaliteit van het zwemwater is dit jaar licht gestegen ten opzichte van vorig jaar. 
Hyperoniemen
Hyponiemen

Gangbaarheid

  • Het woord zwemwater staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
100 %van de Nederlanders;
96 %van de Vlamingen.
This article is issued from Wiktionary. The text is licensed under Creative Commons - Attribution - Sharealike. Additional terms may apply for the media files.