zwemclub
Nederlands
Woordafbreking
- zwem·club
Woordherkomst en -opbouw
- samenstelling van zwem ww en club
enkelvoud | meervoud | |
---|---|---|
naamwoord | zwemclub | zwemclubs |
verkleinwoord | zwemclubje | zwemclubjes |
Zelfstandig naamwoord
zwemclub v/m
- een (lokale) vereniging ten behoeve van het zwemmen
- De zwemclub heeft zaterdag een dagje uit.
Gangbaarheid
- Het woord zwemclub staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
- In onderzoek van het Centrum voor Leesonderzoek uit 2013 werd 'zwemclub' herkend door:
100 % | van de Nederlanders; |
100 % | van de Vlamingen. |
This article is issued from
Wiktionary.
The text is licensed under Creative
Commons - Attribution - Sharealike.
Additional terms may apply for the media files.