zwemclub

Nederlands

Uitspraak
Woordafbreking
  • zwem·club
Woordherkomst en -opbouw
enkelvoud meervoud
naamwoord zwemclub zwemclubs
verkleinwoord zwemclubje zwemclubjes

Zelfstandig naamwoord

zwemclub v/m

  1. een (lokale) vereniging ten behoeve van het zwemmen
    • De zwemclub heeft zaterdag een dagje uit. 
Synoniemen

Gangbaarheid

  • Het woord zwemclub staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
100 %van de Nederlanders;
100 %van de Vlamingen.
This article is issued from Wiktionary. The text is licensed under Creative Commons - Attribution - Sharealike. Additional terms may apply for the media files.