zwembond

Nederlands

Uitspraak
Woordafbreking
  • zwem·bond
Woordherkomst en -opbouw
enkelvoud meervoud
naamwoord zwembond zwembonden
verkleinwoord zwembondje zwembondjes

Zelfstandig naamwoord

zwembond m

  1. een overkoepelende vereniging ten behoeve van het zwemmen
    • De zwembond hield gisteren haar jaarlijkse ledenvergadering. 

Gangbaarheid

  • Het woord zwembond staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
100 %van de Nederlanders;
87 %van de Vlamingen.
This article is issued from Wiktionary. The text is licensed under Creative Commons - Attribution - Sharealike. Additional terms may apply for the media files.